Bibla

 

Joël 2:2

Studimi

       

2 Een dag van duisternis en donkerheid, Een dag van wolken en dikke duisterheid, als de dageraad uitgespreid over de bergen; een groot en machtig volk, desgelijks van ouds niet geweest is, en na hetzelve niet meer zal zijn tot in jaren van vele geslachten.

Bibla

 

I Koningen 8:36

Studimi

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

Nga veprat e Swedenborg

 

Ware Christelijke Religie #252

Studioni këtë pasazh

  
/ 853  
  

252. Desgelijks is het met vele andere uitdrukkingen gesteld, zoals dat waar vreugde gezegd wordt, ook blijdschap wordt gezegd, zoals in de volgende plaatsen:

‘Ziet, vreugde en blijdschap, de os te doden’, (Jesaja 22:13);

‘Vreugde en blijdschap zullen zij verkrijgen, droefenis en zuchting zullen wegvlieden’, (Jesaja 35:10; 51:11);

‘Blijdschap en vreugde zijn afgesneden uit het huis van onze God’, (Joël 1:16);

‘De stem van de vreugde en de stem van de blijdschap zal afgenomen worden’, (Jeremia 7:34; 25:10);

‘Het vasten der tiende zal de huize van Jehudah tot vreugde en tot blijdschap zijn’, (Zacharia 8:19);

‘Verblijdt u in Jeruzalem, verheugt u in haar’, (Jesaja 66:10);

‘Verheug u en verblijd u, gij dochter van Edom’, (Klaagliederen 4:21);

‘De hemelen zullen zich verblijden, en het land zal zich verheugen’, (Psalm 68:4); ‘Doe mij vreugde en blijdschap horen’, (Psalm 51:10);

‘Vreugde en blijdschap zal in Zion gevonden worden, belijdenis, en een stem van gezang’, (Jesaja 51:3);

‘Er zal blijdschap zijn, en velen zullen zich over Zijn geboorte verheugen’, (Lucas 1:14);

‘Ik zal doen ophouden de stem van de vreugde en de stem van de blijdschap, de stem van de bruidegom en de stem van de bruid’, (Jeremia 7:34; 16:9; 25:10); ‘In deze plaats zal nog gehoord worden de stem van de vreugde en de stem van de blijdschap, en de stem van de bruidegom en de stem van de bruid’, (Jeremia 33:10-11) en elders. Dat beide uitdrukkingen, zowel vreugde als blijdschap gebezigd worden, komt omdat vreugde betrekking heeft op het goede, en blijdschap op het ware; of vreugde op de liefde en blijdschap op de wijsheid. Want de vreugde behoort tot het hart, en de blijdschap tot de geest; of de vreugde tot de wil en de blijdschap tot het verstand. Dat het huwelijk van de Heer en de Kerk ook hierin is, blijkt duidelijk hieruit, dat er gezegd wordt: ‘Stem van de vreugde en stem van de blijdschap, stem van de bruidegom en stem van de bruid’, (Jeremia 7:34; 16:9; 25:10; 33:10-11), en de Heer is de Bruidegom, en de Kerk is de Bruid. Dat de Heer de Bruidegom is, zie men in Mattheüs: ‘Jezus zei tot hen: Kunnen soms bruiloftsgasten treuren, zolang de bruidegom bij hen is? Er zullen echter dagen komen, dat de bruidegom van hen weggenomen is, en dan zullen zij vasten’, (Mattheüs 9:15), en in Marcus:

‘En Jezus zei tot hen: Kunnen bruiloftsgasten dan vasten, terwijl de bruidegom bij hen is? Zolang zij de bruidegom bij zich hebben, kunnen zij niet vasten. Er zullen echter dagen komen, dat de bruidegom van hen weggenomen is en dan zullen zij vasten, te dien dage’, (Marcus 2:19-20),

en dezelfde woorden in (Lucas 5:35). Dat de Kerk de Bruid is, in Openbaring: ‘En ik zag de heilige stad, een nieuw Jeruzalem, neerdalend uit de hemel, van God, getooid als een bruid, die voor haar man versierd is’; ‘.. en hij sprak met mij, zeggende: Kom hier, ik zal u tonen de bruid, de vrouw van het Lam’;

‘En de Geest en de Bruid zeggen: Kom! En wie het hoort, zegge: Kom! En wie dorst heeft kome, en wie wil, neme het water des levens om niet’, (Apocalyps 21:2, 9; 22:17).

Daarom zegt Johannes de Doper over Jezus: Die de Bruid heeft, is de Bruidegom’, (Johannes 3:29).

  
/ 853  
  

Swedenborg Boekhuis Baarle Nassau, Netherlands Nederlandse vertaling door Henk Weevers 2010. Link markup by NCBSP.