21
Schin. Zij horen, dat ik zucht, maar ik heb geen trooster; al mijn vijandenhoren mijn kwaad; en zij zijn vrolijk, dat Gij het gedaan hebt; als Gij den dag zult voortgebracht hebben, dien Gij uitgeroepen hebt, zo zullen zij zijn, gelijk ik ben.
3082. Dat de woorden ‘en zij ging af naar de fontein’ het Goddelijk Ware betekenen, blijkt uit de betekenis van de fontein, namelijk het Goddelijk Ware, waarover in de nrs. 2702, 3065.
Study this Passage
Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl