21
En haar kamertjes, drie van deze en drie van gene zijde; en haar posten en haar voorhuizen waren naar de maat der eerstepoort; vijftig ellen haar lengte, en de breedte van vijf en twintig ellen.
13
Doch het ingewand en de schenkelen zal men met waterwassen; en de priester zal dat alles offeren en aansteken op het altaar; het is een brandoffer, een vuuroffer, tot een liefelijkenreuk den HEERE.