21
Hoedt u voor Zijn aangezicht, en weest Zijner stem gehoorzaam, en verbittert Hem niet; want Hij zal ulieder overtredingen niet vergeven; want Mijn Naam is in het binnenste van Hem.
21
Hoedt u voor Zijn aangezicht, en weest Zijner stem gehoorzaam, en verbittert Hem niet; want Hij zal ulieder overtredingen niet vergeven; want Mijn Naam is in het binnenste van Hem.
9307. En hoor Zijn stem; dat dit betekent de gehoorzaamheid aan de geboden die zijn uit Hem, namelijk uit de Heer, staat vast uit de betekenis van horen, dus de gehoorzaamheid, nrs. 2542, 3869, 4652-4660, 7216, 8361; en uit de betekenis van de stem, wanneer het de Heer betreft, namelijk de Goddelijke Waarheden, nr. 7573, 8813, dus de geboden die uit de Heer zijn, zijn die welke in het Woord zijn; vandaar eveneens is het Woord en de leer uit het Woord, de Stem van Jehovah, nr. 219, 220, 6971.