Lernen
15 Dertig zogende kemelinnen met haar veulens, veertig koeien en tien varren, twintig ezelinnen en tien jonge ezels.
22 Toen zag Gideon, dat het een Engel des HEEREN was; en Gideon zeide: Ach, Heere, Heere! daarom, omdat ik een Engel des HEEREN gezien heb van aangezicht tot aangezicht.