Ang Bibliya

 

Ezechiël 8:7

pag-aaral

       

7 Zo bracht Hij mij tot de deur van het voorhof. Toen zag ik, en ziet, er was een hol in den wand.

Ang Bibliya

 

Ezechiël 1:27

pag-aaral

       

27 En ik zag als de verf van Hasmal, als de gedaante van vuur rondom daarbinnen, van de gedaante Zijner lenden en opwaarts; en van de gedaante Zijner lenden en nederwaarts, zag ik als de gedaante van vuur, en glans aan Hem rondom.

Mula sa Mga gawa ni Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 2089

Pag-aralan ang Sipi na ito

  
/ 10837  
  

2089. Dat de woorden ‘twaalf vorsten zal hij gewinnen’ de voornaamste geboden betekenen die tot de naastenliefde behoren, blijkt uit de betekenis van twaalf, namelijk alle dingen van het geloof; en uit de betekenis van de vorsten, namelijk de voornaamste dingen. Koning en vorsten worden herhaalde malen in het Woord genoemd, maar in de innerlijke zin betekenen zij nooit een koning of vorsten, maar dat wat het voornaamste is van de zaak waarop zij betrekking hebben. Dat de koningen in één samenvatting de waarheden betekenen is eerder in nr. 2015 aangetoond. Dat de vorsten de voornaamste dingen van het ware betekenen, die de geboden zijn, nr. 1482;

vandaar worden de engelen vorstendommen genoemd, omdat zij in de waarheden zijn, en wel de geestelijke engelen. Vorsten worden zij genoemd vanwege de waarheden die tot de naastenliefde behoren, want, als eerder in nr. 1832 gezegd, ontvangen zij die geestelijk zijn door de waarheden, die hun als waar verschijnen de naastenliefde, en door deze een geweten van de Heer. Dat twaalf alle dingen van het geloof betekent, was de wereld tot dusver onbekend, niettemin betekent het getal twaalf, zo vaak het zowel in het historische als het profetische gedeelte in het Woord voorkomt, niets anders. Door de twaalf zonen van Jakob en vandaar door de naar hen genoemde twaalf stammen, wordt niets anders aangeduid; zo eveneens door de twaalf discipelen van de Heer; eenieder van beide voorbeelden beeldde iets wezenlijks en hoofdzakelijks van het geloof uit. Wat iedere zoon van Jakob en vandaar wat iedere stam van Israël heeft uitgebeeld, zal door de Goddelijk barmhartigheid, in hetgeen volgt, waar van de zonen van Jakob sprake is, worden gezegd, (Genesis 29 en 30).

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl