Bel
Iemand oproepen of ontbieden vertegenwoordigt in de Bijbel een verlangen naar verbinding tussen hogere en lagere staten van leven. Bijvoorbeeld, stel je iemand voor in een relatief externe intellectuele staat - iemand die veel begrijpt van de wereld en hoe dingen werken op een extern niveau - die geïntrigeerd raakt door diepere, meer spirituele ideeën en op zoek gaat naar een leraar of mentor met begrip van spirituele dingen. Dat zoeken wordt in de Bijbel beschreven als een "roeping".
Een oproep kan ook een oproep zijn van iemand in een hogere staat aan iemand in een lagere staat - zeker het geval wanneer de Heer mensen roept.
(参照: Hemelse Verborgenheden 3609, 5244, 6047, 6335, 6840, 7390, 7955, 8761)
Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus#3609
3609. Dat de woorden ‘en zij riep tot Jakob, haar kleinste zoon en zij zei tot hem’ de staat van waarneming betekenen van de aandoening van het ware vanuit de invloeiing door middel van het Goddelijk Ware, blijkt uit de uitbeelding van Rebekka, die riep en zei, namelijk het Goddelijk Ware van het Goddelijk Redelijke van de Heer, verbonden met het Goddelijk Goede daarin; uit de uitbeelding van Jakob, namelijk het natuurlijk ware of de aandoening van het ware daarin, waarover eerder; en uit de betekenis van ‘tot hem roepen en tot hem zeggen’ namelijk de staat van de innerlijke gewaarwording, waarover eveneens eerder; hier de staat van de waarneming, omdat er over het natuurlijke wordt gehandeld.