Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 4238
4238. Vers 3-5. En Jakob zond boden voor zich uit tot Ezau, zijn broeder, in het land van Seïr, in het veld van Edom. En hij gebood hun, zeggende: Zoo zult gij zeggen tot mijn heer Ezau: Zo zegt uw knecht Jakob: Met Laban heb ik als vreemdeling verkeerd en heb er tot nu toe vertoefd. En ik had os en ezel, kudde van kleinvee en dienstknecht en dienstmaagd en ik zend om mijn heer aan te zeggen, om genade te vinden in uw ogen. Jakob zond boden voor zich uit tot Ezau, zijn broeder, betekent de eerste vergemeenschapping met het hemels goede; in het land Seïr, betekent het natuurlijk hemels goede; in het veld van Edom, betekent het ware daaruit; en hij gebood hun, zeggende: Zo zult gij zeggen tot mijn heer Ezau, betekent de eerste erkenning van het goede, dat het op de hogere plaats was; met Laban heb ik als vreemdeling verkeerd en heb er tot nu toe vertoefd, betekent dat Hij zich had doortrokken van het door Laban aangeduide goede; en ik had os en ezel, kudde van kleinvee en dienstknecht en dienstmaagd, betekent de verwervingen in hun volgorde daar; en ik zend om mijn heer aan te zeggen, om genade te vinden in uw ogen, betekent het onderricht ten aanzien van Zijn staat en eveneens de inschikkelijkheid en de vernedering van het ware voor het goede.