Bible

 

Joël 2:1

Studie

       

1 Blaast de bazuin te Sion, en roept luide op den berg Mijner heiligheid; laat alle inwoners des lands beroerd zijn, want de dag des HEEREN komt, want hij is nabij.

Bible

 

I Koningen 8:36

Studie

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

Ze Swedenborgových děl

 

Apocalyps Onthuld # 193

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 962  
  

193. En Ik zal op hem schrijven de naam mijns Gods, betekent dat aan hun harten het Goddelijk Ware ingeschreven zal zijn.

Schrijven op iemand, betekent het aan iemand zo inschrijven dat het in hem evenals van hem is; en de naam mijns Gods betekent het Goddelijk Ware.

Hier zal iets daarover worden gezegd dat ‘mijn God’ het Goddelijk Ware is: in het Woord van het Oude Testament wordt op talloze plaatsen gezegd, Jehovah God en dan ook gescheiden, nu eens Jehovah en dan weer God; en onder Jehovah wordt de Heer verstaan ten aanzien van het Goddelijk Goede en onder God de Heer ten aanzien van het Goddelijk Ware, of wat hetzelfde is, onder Jehovah wordt verstaan de Heer ten aanzien van de Goddelijke Liefde en onder God de Heer ten aanzien van de Goddelijke Wijsheid; het een en het ander wordt gezegd ter wille van het hemelse huwelijk in de afzonderlijke dingen van het Woord, namelijk het huwelijk van de Liefde en de Wijsheid of het huwelijk van het Goede en het Ware, zie over dit huwelijk het werk ‘de Leer van het Nieuwe Jeruzalem aangaande de Gewijde Schrift’, nrs. 80-90.

In het Woord van het Nieuwe Testament echter wordt niet gezegd Jehovah God, maar de Heer God; want Heer betekent evenals Jehovah het Goddelijk Goede of de Goddelijke Liefde; hieruit kan vaststaan, dat met de naam mijns Gods het Goddelijk Ware van de Heer wordt aangeduid.

Dat de naam, wanneer over de Heer wordt gehandeld, alles is waardoor Hij wordt vereerd, zie eerder in nr. 81; en alles waardoor Hij wordt vereerd, heeft betrekking op het Goddelijk Goede en het Goddelijk Ware.

Omdat men niet weet, wat wordt verstaan onder deze woorden van de Heer:

‘Vader, verheerlijk Uw naam; en een stem ging uit vanuit de hemel: en Ik heb verheerlijkt en Ik zal wederom verheerlijken’, (Johannes 12:28), zal dit daarom worden gezegd.

Toen de Heer in de wereld was, maakte Hij Zijn Menselijke het Goddelijk Ware, dat ook het Woord is; en toen Hij uit de wereld heenging, verenigde Hij het Goddelijk Ware ten volle met het Goddelijk Goede, dat in Hem was vanuit de ontvangenis; de Heer immers heeft Zijn Menselijke verheerlijkt, dat wil zeggen, Goddelijk gemaakt, zoals Hij de mens geestelijk maakt; Hij brengt immers eerst de ware dingen vanuit het Woord in de mens en daarna verenigt Hij die met het goede en door die vereniging wordt de mens geestelijk.

  
/ 962  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl