Bible

 

Genesis 13:18

Studie

       

18 En Abram sloeg tenten op, en kwam en woonde aan de eikenbossen van Mamre, die bij Hebron zijn; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar.

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1603

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

1603. Dat de woorden ‘nadat Loth van hem gescheiden was’ betekenen, toen de begeerten van de uiterlijke mens verwijderd waren, zodat die niet hinderden, blijkt uit de betekenis van Loth, namelijk de uiterlijke mens, en uit wat voorafgaat, namelijk dat hij afgescheiden werd, dat wil zeggen, de dingen die hinderden. Toen deze dingen verwijderd waren, werkte de Innerlijke Mens of Jehovah als één tezamen met de Uiterlijke Mens, of met het Menselijk Wezen. Het zijn alleen de niet daarmee samenstemmende uiterlijke dingen, waarvan sprake was, die verhinderden dat de innerlijke mens, wanneer hij op de uiterlijke mens inwerkt, maakt dat hij één met hem is. De uiterlijke mens is niets anders dan een bepaald werktuig of een orgaan, dat in zichzelf geen leven heeft; van de innerlijke mens ontvangt hij het leven, en dan schijnt het alsof de uiterlijke mens leven uit zichzelf had.

Bij de Heer echter, nadat hij het erfboze had uitgedreven en zo de organen van het Menselijk Wezen had gereinigd, ontvingen ook deze het leven, zodat de Heer, evenals Hij naar de Innerlijke Mens het Leven was, ook naar de Uiterlijke Mens het leven werd. Dit is het, wat de verheerlijking betekent, bij Johannes:

‘Jezus zei: Nu is de Zoon des Mensen verheerlijkt, en God is in Hem verheerlijkt; indien God in Hem verheerlijkt is, zo zal ook God Hem in Zich Zelven verheerlijken, en Hij zal Hem terstond verheerlijken’, (Johannes 13:31, 32) Bij dezelfde:

‘Vader, de ure is gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon U verheerlijke; nu dan, verheerlijk Mij, Gij Vader, bij U Zelven, met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was’, (Johannes 17:1, 5).

Bij dezelfde:

‘Jezus zei: Vader, verheerlijk Uw Naam. Er kwam dan een stem uit de hemel: En Ik heb Hem verheerlijkt, en Ik zal Hem wederom verheerlijken’, (Johannes 12:28).

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl