Okususelwe Emisebenzini kaSwedenborg

 

Hemel en Hel #15

Funda lesi Sigaba

  
Yiya esigabeni / 603  
  

15. Er bestaan twee afzonderlijke liefdes in de hemel, de liefde tot de Heer en de liefde tot de naaste. In de binnenste of derde hemel is de liefde tot de Heer en in de tweede of middelste hemel is de liefde tot de naaste. Elk komt voort uit de Heer en beide maken de hemel. In het heldere licht van de hemel is duidelijk het verschil te zien tussen deze beide liefdes en hoe zij verbonden zijn, maar op aarde is dat moeilijk te zien. In de hemel wordt met liefhebben van de Heer, niet bedoeld Hem liefhebben ten aanzien van de persoon, maar het goede liefhebben dat uit Hem voortkomt, en het goede liefhebben bestaat uit het goede willen en doen vanuit de liefde; en met de naaste liefhebben wordt niet verstaan de medemens liefhebben ten aanzien van de persoon, maar het ware liefhebben dat vanuit het Woord komt, en het ware liefhebben bestaat uit het ware willen en doen. Hieruit blijkt duidelijk dat er verschil bestaat tussen beide liefdes zoals tussen het goede en het ware, en dat zij samengaan als het goede met het ware. Maar dit zal heel moeilijk in het denken passen van iemand die niet weet wat liefde, het goede, en de naaste is.

  
Yiya esigabeni / 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.

Okususelwe Emisebenzini kaSwedenborg

 

Hemel en Hel #272

Funda lesi Sigaba

  
Yiya esigabeni / 603  
  

272. Een verdere reden, die ook in de hemel de voornaamste is waarom de engelen zulk een grote wijsheid deelachtig kunnen worden, bestaat daarin, dat zij zonder eigenliefde zijn; want in zoverre als iemand vrij is van eigenliefde, in zoverre kan hij toenemen in wijsheid omtrent Goddelijke dingen. De eigenliefde is het, die het innerlijk sluit voor de Heer en voor de hemel en het uitwendige opent en naar het eigene toekeert; door deze oorzaak zijn allen bij wie deze liefde heerst in dikke duisternis ten opzichte van de dingen van de hemel, hoezeer zij ook ten opzichte van wereldse dingen in licht verkeren mogen. Maar engelen daarentegen zijn in het licht van de wijsheid, omdat zij geen eigenliefde hebben; want de hemelse liefde waarin zij zijn, namelijk de liefde tot de Heer en de liefde jegens de naaste, opent het innerlijk, omdat die genegenheden van de Heer zijn en Hij er zelf in is. Dat deze liefde in het algemeen de hemel maakt en bij ieder in het bijzonder de hemel vormt, zie men hierboven (zie nr. 13-19). mdat hemelse liefde het innerlijk naar de Heer opent, wenden ook alle engelen hun gelaat naar de Heer (zie nr. 142); want in de geestelijke wereld is het de liefde, die het innerlijk van een ieder naar zich keert, en waarheen zij het innerlijk keert, daarheen keert zij ook het gelaat, omdat daar het gelaat een geheel uitmaakt met het innerlijk, waarvan het de uitwendige vorm is. Omdat liefde het innerlijk en het gelaat naar zich toekeert, verbindt zij zich ook daarmee, omdat liefde geestelijke verbinding is en deelt zij ook het hare daaraan mee. Door dit keren, de verbinding en de mededelingen, die daaruit voortvloeien hebben de engelen hun wijsheid. Dat alle verbinding in de geestelijke wereld, met dit keren samenhangt, zie men hierboven (zie nr. 255).

  
Yiya esigabeni / 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.

IBhayibheli

 

Johannes 14:23

Funda

       

23 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zo iemand Mij liefheeft, die zal Mijn woord bewaren; en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen, en zullen woning bij hem maken.