Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #2066
2066. Dat de woorden ‘en u ook uit haar een zoon geven’ het redelijke betekenen, blijkt uit de betekenis van de zoon, namelijk het ware, waarover in de nrs. 439, 491, 533, 1147;
en daar al het redelijke met het ware begint, wordt hier door de zoon het redelijke aangeduid. Het eerste redelijke van de Heer werd uitgebeeld en aangeduid door Ismaël, geboren uit Hagar de dienstmaagd, waarover in het vorige hoofdstuk nr. 16; het tweede redelijke, waarover hier wordt gehandeld, wordt door Izaäk uitgebeeld en aangeduid, die uit Sarah geboren zou worden. Het eerstgenoemde, namelijk het door Ismaël uitgebeelde, was het redelijke dat later uit huis verdreven werd; dit redelijke echter, dat door Izaäk wordt uitgebeeld, is datgene wat in huis bleef, daar het Goddelijk was. Maar over dit redelijke zal door de Goddelijke barmhartigheid van de Heer in het volgende hoofdstuk, waar van Izaäk sprake is, gesproken worden.
Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1147
1147. Dat de woorden:
‘en hun werden zonen geboren’ de van die godsdiensten afstammende leringen betekenen, blijkt uit de betekenis van de zonen in de innerlijke zin. De zonen zijn de waarheden van het geloof, verder ook de valsheden, vandaar de leringen, waardoor zowel waarheden als valsheden worden aangeduid, want de leringen van die Kerken zijn van dien aard; dat de zonen dergelijke dingen betekenen, zie men eerder in de nrs. 264, 489, 491, 533.