24
En de dorsvloeren zullen vol koren zijn, en de perskuipen van most en olie overlopen.
16
En hij zal uw knechten, en uw dienstmaagden, en uw beste jongelingen, en uw ezelen nemen, en hij zal zijn werk daarmede doen.
17
Hij zal uw kudden vertienen; en gij zult hem tot knechten zijn.
18
Gij zult wel te dien dage roepen, vanwege uw koning, dien gij u zult verkoren hebben, maar de HEERE zal u te dien dage niet verhoren.