11
Zullen mij ook de burgers van Kehila in zijn hand overgeven? Zal Saul afkomen, gelijk als Uw knechtgehoord heeft? O HEERE, God van Israel, geef het toch Uw knecht te kennen! De HEERE nu zeide: Hij zal afkomen.
10
Toen vraagde DavidGod, zeggende: Zal ik optrekken tegen de Filistijnen, en zult Gij hen in mijn handgeven? En de HEERE zeide tot hem: Trek op, want Ik zal hen in uw handgeven.