Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1821

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1821. Vers 9. En Hij zei tot hem: Neem u een driejarige vaars en een driejarige geit, en een driejarige ram, en een tortelduif, en een jonge duif.

Hij zei tot hem betekent de innerlijke gewaarwording; neem een driejarige vaars, en een driejarige geit, en een driejarige ram, betekent de dingen die uitbeeldingen zijn van de hemelse dingen van de Kerk: de vaars, die van de uiterlijk hemelse dingen; de geit die van de innerlijk hemelse dingen; en de ram die van de geestelijk hemelse dingen. Dat zij driejarig moesten zijn, komt omdat zij alle dingen van de Kerk, wat de tijden en de staten betreft, zouden insluiten; en een tortelduif en een jonge duif, betekenen die dingen, welke uitbeeldingen zijn van de geestelijke dingen van de Kerk: de tortelduif de uiterlijke, de jonge duif de innerlijke.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #4307

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

4307. Dat in de historische innerlijke zin door ‘Jakob vroeg en zei: Geef, ik bid u, uw naam te kennen’ de boze geesten worden aangeduid, kan vaststaan uit tal van dingen in deze zin, waarin deze woorden en die welke volgen worden gezegd met betrekking tot Jakobs nakomelingen, want de innerlijke zin past zich aan de zaak aan waarover gehandeld wordt. Dat niet de goede geesten maar de boze geesten worden aangeduid door hem die met Jakob had geworsteld, kan hieruit blijken dat door de worsteling de verzoeking wordt aangeduid, nrs. 3927, 3928, 4274;

en nooit vindt er enige verzoeking plaats door de goede geesten, maar door de boze, want de verzoeking is de opwekking van het boze en valse welke bij de mens zijn, nrs. 741, 751, 761, 1820, 4249, 4299;

de goede geesten en de engelen wekken nooit de boze en de valse dingen op, maar verdedigen de mens daartegen en buigen ze tot het goede; want de goede geesten worden door de Heer geleid en uit de Heer gaat nooit iets anders voort dan het heilig goede en het heilig ware; dat de Heer niemand verzoekt, is uit het aanvaarde leerstellige van de Kerk bekend, zie de nrs. 1875, 2768; hieruit en ook uit het feit dat Jakobs nakomelingen bezweken in elke verzoeking, zowel in de woestijn als daarna, blijkt duidelijk dat niet de goede geesten worden aangeduid door hem die met Jakob had geworsteld, maar de boze. Bovendien is die natie die hier door Jakob wordt aangeduid, niet in enige geestelijke en hemelse liefde geweest, maar in een lichamelijke en wereldse, nrs. 4281, 4288, 4289, 4290, 4293;

de tegenwoordigheid van de geesten bij de mens richt zich naar de liefde van de mensen; de goede geesten en de engelen zijn aanwezig bij degenen die in de geestelijke en hemelse liefde zijn en de boze geesten zijn bij degenen die alleen in de lichamelijke en wereldse liefde zijn en wel in die mate dat eenieder kan weten wat de hoedanigheid is van de geesten die bij hem zijn, als hij slechts daarop acht slaat hoedanig zijn liefden zijn, of wat hetzelfde is, hoedanig zijn einddoelen zijn, want eenieder heeft dat wat hij liefheeft, als doel. Dat hij zich goed noemde, komt omdat Jakob dat geloofde, evenals zijn nakomelingen, die steeds geloofden dat Jehovah in hun heilig uiterlijke was, terwijl toch Jehovah slechts op uitbeeldende wijze tegenwoordig was, zoals zal blijken uit wat volgt; zij geloofden ook dat Jehovah in verzoekingen leidde, dat al het boze uit Hem was en dat Hij in toorn en woede was wanneer zij werden bestraft: daarom werd in het Woord overeenkomstig hun geloof zo gesproken, terwijl toch Jehovah nooit in verzoekingen leidt, nooit enig boze uit Hem is en Hij nooit in toorn, te minder in woede is; zie de nrs. 223, 245, 592, 696, 1093, 1683, 1874, 1875, 2395, 3605, 3607, 3614. Vandaar komt het ook dat hij die met Jakob had geworsteld, zijn naam niet wilde openbaren. Dat in de geestelijke innerlijke zin onder hem die met Jakob worstelde, de engelenhemel wordt verstaan, nr. 4295, komt omdat de Heer, die daar in de hoogste zin door Jakob wordt uitgebeeld, ook de engelen aan de verzoeking toeliet en omdat de engelen toen aan hun eigene waren overgelaten, zoals daar op die plaats werd aangetoond.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3384

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

3384. Dat de woorden ‘Izaäk woonde in Gerar’ de staat van de Heer betekenen ten aanzien van de dingen van het geloof met betrekking tot de redelijke dingen die toegevoegd moeten worden, blijkt uit de betekenis van wonen in Gerar, namelijk in die dingen zijn, die tot het geloof behoren, dus de staat ten aanzien van die dingen; want wonen betekent leven, nr. 1293 en Gerar de dingen die tot het geloof behoren, nrs. 1209, 2504, 3365;

en uit de uitbeelding van Izaäk, namelijk de Heer ten aanzien van het Goddelijk Redelijke, waarover de nrs. 1893, 2066, 2072, 2083, 2630.

Dat het deze dingen zijn met betrekking tot de redelijke dingen die toegevoegd moeten worden, blijkt uit wat voorafgaat en uit wat volgt, want in dit gehele hoofdstuk wordt over deze dingen gehandeld, namelijk over de redelijke dingen die, verlicht zijnde door het Goddelijke van de Heer, de schijnbaarheden van het ware zijn. Dat wonen wil zeggen zijn en leven, dus de staat, blijkt duidelijk uit verschillende plaatsen in het Woord, zoals bij David:

‘Ik zal wonen in het huis van Jehovah in lengte van dagen’, (Psalm 23:6);

‘Een ding heb ik van Jehovah gevraagd, dat zal ik zoeken; dat ik wonen zal in het huis van Jehovah, al de dagen mijns levens’, (Psalm 27:4);

‘Wie bedrog pleegt, zal niet wonen in het midden van Mijn huis’, (Psalm 101:7) waar wonen in het huis van Jehovah staat voor zijn en leven in het goede van de liefde, want dit is het huis van Jehovah.

Bij Jesaja:

‘Degenen die wonen in het land van de schaduw des doods, over die heeft het licht geschenen’, (Jesaja 9:1);

degenen die wonen in de schaduw des doods, staan voor de staat van diegenen, die in onwetendheid omtrent het goede en ware verkeren.

Bij dezelfde:

‘Babel zal niet bewoond worden in der eeuwigheid’, (Jesaja 13:20), voor de staat van de verdoemenis van diegenen die Babel zijn.

Bij dezelfde:

‘O, Jehovah, God van Israël, die de cherubim bewoont’, (Jesaja 37:16);

bij David:

‘O, Herder Israëls, die de cherubim bewoont, verschijn blinkende’, (Psalm 80:2);

die de cherubim bewoont, is de Heer ten aanzien van de staat van de voorzienigheid, opdat niemand zal worden binnengelaten in de heilige dingen van de liefde en van het geloof, tenzij door de Heer daartoe voorbereid, nr. 308.

Bij dezelfde:

‘Ik zal in vrede tezamen nederliggen en slapen; want Gij, o Jehovah, alleen doet mij zeker wonen’, (Psalm 4:9);

zeker doen wonen voor de staat van de vrede.

Bij Jeremia:

‘Gij, die op vele wateren woont, groot aan schatten, uw einde is gekomen, de maat van uw gewin’, (Jeremia 51:13) dit gaat over Babel; wonen op vele wateren staat voor zijn in de erkentenissen over het ware.

Bij Daniël:

‘God Zelf openbaart diepe en verborgen dingen, Hij weet wat in de duisternis is en het licht woont met Hem’, (Daniël 2:22);

wonen staat voor zijn.

Bij dezelfde:

‘Onder die boom had het beest des velds schaduw en de vogelen des hemels woonden in zijn takken’, (Daniël 4:12). En bij Ezechiël:

‘Onder zijn takken baarden alle wilde dieren des velds en in zijn schaduw woonden alle grote natiën’, (Ezechiël 31:6);

wonen staat voor zijn en leven.

Bij Hosea:

‘De dorsvloer en de wijnkuip zal henlieden niet voeden en de most zal hun liegen; zij zullen niet wonen in het land van Jehovah, en Efraïm zal weder in Egypte keren’, (Hosea 9:2, 3);

niet wonen in het land van Jehovah, staat voor niet zijn in de staat van het goede van de liefde, dus niet in het rijk van de Heer.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl