1. Dat het Woord van het Oude Testament verborgenheden van de hemel bevat, en dat zowel het geheel als elke bijzonderheid daarvan op de Heer betrekking heeft, op Zijn hemel, op de Kerk, op het geloof en de dingen van het geloof, kan geen sterveling uit de letter opmaken. Uit de letter of uit de letterlijke zin ziet niemand iets anders, dan dat het in het algemeen gaat over de uiterlijke dingen van de Joodse Kerk, terwijl er overal een innerlijke zin is, dat nergens in het uiterlijke aan het licht komt, behalve dan het zeer weinige dat de Heer onthuld heeft en aan de apostelen heeft ontvouwd; zo bijvoorbeeld, dat de offeranden de Heer betekenen, het land Kanaän en Jeruzalem en ook het Paradijs, de hemel betekenen, waarom dan ook van het hemelse Kanaän en Jeruzalem gesproken wordt.
Arcana Coelestia # 6753
6753. 'And said, Because I drew him out of the water' means a deliverance from falsities. This is clear from the meaning of 'the water', here the water of the river of Egypt, as falsities, dealt with in 6693; and from the meaning of 'drawing out' as a deliverance. These words contain the essential nature of the state meant by Moses' name; and the meaning in the highest sense is this: The nature of the state was such that, in order to make His Human the law of God the Lord delivered it from all falsity that clung to the Human He received from His mother. He continued doing this until He became the Divine Law, which is Divine Truth itself, and after that, having been glorified, became Divine Goodness, which is the Essential Being (Esse) of Divine Truth, that is, Jehovah.