Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 3200

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

3200. In deze beide verzen wordt de staat van het redelijk goede beschreven, wanneer het in de verwachting van het ware is, dat daarmee verbonden moet worden als een bruid met een echtgenoot. In de twee onmiddellijk erna volgende verzen, wordt de staat van het ware beschreven, wanneer het nabij is en het goede waarneemt, waarmee het verbonden moet worden. Maar men moet weten, dat deze staten niet in één keer ontstonden, maar voortdurend, het gehele leven van de Heer in de wereld door, totdat Hij verheerlijkt was.

Bij de wederverwekten is het evenzo gesteld, want zij worden niet opeens, in één keer wederverwekt, maar voortdurend, het gehele leven door, ook in het andere leven; want de mens kan nooit volmaakt worden.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 3323

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

3323. Vers 31, 32, 33. En Jakob zei: Verkoop mij als heden uw eerstgeboorte. En Ezau zei: Zie, ik ga sterven en waartoe is mij dit, de eerstgeboorte. En Jakob zei: Zweer mij als heden; en hij zwoer hem; en hij verkocht aan Jakob zijn eerstgeboorterecht. Jakob zei, betekent de leer van het ware; verkoop mij als heden uw eerstgeboorte, betekent dat, naar de tijd genomen, de leer van het ware schijnbaar eerder was; en Ezau zei, betekent de leer van het ware; zweer mij als heden; en hij zwoer hem, betekent de bevestiging; en hij verkocht aan Jakob zijn eerstgeboorterecht, betekent dat intussen de voorrang was vergund.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1585

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

1585. Dat de woorden ‘en hij zag de ganse vlakte der Jarden’ die goedheden en waarheden betekenen, welke bij de uiterlijke mens zijn, blijkt uit de betekenis van de vlakte en van de Jordaan. De vlakte rondom de Jordaan betekent in de innerlijke zin de uiterlijke mens wat betreft al zijn goedheden en waarheden. Dat de vlakte van de Jordaan dit betekent, komt omdat de Jordaan de grens van het land Kanaän was, en het land Kanaän betekent, als eerder gezegd en aangetoond, het rijk en de Kerk van de Heer en wel de hemelse en geestelijke dingen daarvan, waarom het ook het heilige Land en het hemelse Kanaän werd genoemd; en daar dit het rijk en de Kerk van de Heer aanduidt, betekent het in de opperste zin de Heer zelf, die alles in alle dingen van Zijn rijk en van Zijn Kerk is; vandaar waren alle dingen die zich in het land Kanaän bevonden van uitbeeldende aard. De dingen die in het midden van het land of die de binnenste waren, beeldden Zijn innerlijke Mens uit, zoals de berg Zion en Jeruzalem: de berg de hemelse dingen, de stad de geestelijke dingen; de dingen die daarvan verderaf waren gelegen, beeldden het meer van de innerlijke dingen, verwijderde uit. De buitenste dingen of de dingen die de grenzen vormden, beeldden de uiterlijke mens uit. Er waren verschillende grenzen van Kanaän: in het algemeen waren het de twee rivieren Eufraat en de Jordaan, en verder ook de zee; vandaar beeldden de Eufraat en de Jordaan de uiterlijke dingen uit; zo betekent hier de vlakte van de Jordaan, evenals zij het uitbeeldt, alle dingen die bij de uiterlijke mens zijn. Het is eveneens zo gesteld, wanneer het land Kanaän wordt genomen voor het rijk van de Heer in de hemelen; evenzo wanneer het wordt genomen voor de Kerk van de Heer op aarde en evenzo wanneer het wordt genomen voor de mens van het rijk of van de Kerk en eveneens wanneer het wordt genomen in de abstracte zin, voor de hemelse dingen van de liefde enzovoort. Dit is de reden, waarom bijna alle steden, ja zelfs alle bergen, heuvels, dalen, rivieren en andere dingen in het land Kanaän iets uitbeeldden. Dat de rivier de Eufraat, omdat die de grens was, de zinnelijke en de wetenschappelijke dingen uitbeeldde, welke tot de uiterlijke mens behoren, is eerder in nr. 120 aangetoond. Dat ook de Jordaan en de vlakte van de Jordaan dit uitbeeldden, kan uit de volgende plaatsen blijken.

Bij David:

‘Mijn God, over mij buigt zich mijn ziel, daarom zal ik uwer gedenken uit het land der Jordaan, en Chermonim uit de berg der kleinheid’, (Psalm 42:7) waar het land der Jordaan voor datgene staat voor wat laag is en zo dus van het hemelse verwijderd, zoals de uiterlijke dingen van de mens van de innerlijke dingen. Dat de zonen Israëls over de Jordaan gingen toen zij het land Kanaän binnentrokken en dat deze toen verdeeld werd, beeldde ook de toegang tot de innerlijke mens door de uiterlijke uit, en ook de ingang van de mens in het rijk van de Heer, behalve nog meer dingen, (Jozua 3:14 tot het einde; 4:1 tot het einde). En daar de uiterlijke mens voortdurend tegen de innerlijke mens worstelt en naar de heerschappij streeft, werd de trots en de verheffing van de Jordaan tot een profetische uitdrukking, zoals bij Jeremia:

‘Hoe zult gij u gelijk tonen aan de paarden, en gij vertrouwt in het land van vrede, en hoe maakt gij het in de verheffing van de Jordaan’, (Jeremia 12:5). De verheffing van de Jordaan staat voor de dingen die tot de uiterlijke mens behoren en die in opstand komen en over de innerlijke mens willen heersen, zoals redeneringen, die hier de paarden zijn, en het vertrouwen dat zij geven.

Bij dezelfde:

‘Edom zal tot verlating zijn, zie, als een leeuw verheft hij zich uit de trots van de Jordaan tot de woning van Ethan’, (Jeremia 49:17, 19);

de trots van de Jordaan staat voor de verheffing van de uiterlijke mens tegen de goedheden en de waarheden van de innerlijke mens.

Bij Zacharia:

‘Huil, gij den, dewijl de ceder gevallen is, dewijl de heerlijke verwoest zijn, huilt, gij eiken van Baschan, dewijl het versterkte woud is nedergedaald; er is een stem des gehuils der herderen; dewijl hun heerlijkheid verwoest is; een stem des gebruls der jonge leeuwen, dat de verheffing der Jordaan verwoest is’, (Zacharia 11:2, 3). Dat de Jordaan de grens van het land Kanaän was, blijkt uit, (Numeri 34:12), en van het land Jehudah tegen het oosten, (Jozua 15:5).

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl