Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

1. Dat het Woord van het Oude Testament verborgenheden van de hemel bevat, en dat zowel het geheel als elke bijzonderheid daarvan op de Heer betrekking heeft, op Zijn hemel, op de Kerk, op het geloof en de dingen van het geloof, kan geen sterveling uit de letter opmaken. Uit de letter of uit de letterlijke zin ziet niemand iets anders, dan dat het in het algemeen gaat over de uiterlijke dingen van de Joodse Kerk, terwijl er overal een innerlijke zin is, dat nergens in het uiterlijke aan het licht komt, behalve dan het zeer weinige dat de Heer onthuld heeft en aan de apostelen heeft ontvouwd; zo bijvoorbeeld, dat de offeranden de Heer betekenen, het land Kanaän en Jeruzalem en ook het Paradijs, de hemel betekenen, waarom dan ook van het hemelse Kanaän en Jeruzalem gesproken wordt.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Ze Swedenborgových děl

 

Over het Nieuwe Jeruzalem en haar Hemelse Leer # 254

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 325  
  

254. Het Woord in de letter kan niet worden gevat dan door leer vanuit het Woord door een verlichte gemaakt. De zin van de letter ervan is aangepast aan de bevatting van ook de eenvoudiger mensen, en daarom zal de leer vanuit het Woord hun tot lamp zijn.

  
/ 325  
  

Published by Swedenborg Boekhuis.

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 5194

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

5194. En het geschiedde ten einde van een tweetal jaren der dagen; dat dit betekent na de staat van de verbinding, namelijk van de zinlijke dingen die van het uiterlijk natuurlijke zijn met die welke van het innerlijk natuurlijke zijn, waarover in het voorgaande hoofdstuk is gehandeld, staat vast uit de betekenis van een tweetal jaren der dagen of van de tijd van twee jaren, namelijk de staat van de verbinding; immers een tweetal of twee betekent de verbinding, nrs. 1686, 3519;

en de jaren en eveneens de dagen betekenen de staten; dat de jaren dit betekenen, zie de nrs. 487, 488, 493, 893;

dat de dagen dit betekenen, nrs. 23, 487, 488, 493, 2788, 3462, 3785, 4850.

Dat twee de verbinding betekent, komt omdat alle en de afzonderlijke dingen die in de geestelijke wereld en daaruit die welke in de natuurlijke wereld zijn, betrekking hebben op twee dingen, namelijk op het goede en het ware; op het goede als op het handelende en invloeiende en op het ware als op het ondergaande en opnemende; en omdat zij op die twee betrekking hebben en nooit iets wordt voortgebracht tenzij die twee één worden door een zekere gelijkenis van een huwelijk, komt het vandaar dat met twee de verbinding wordt aangeduid. Een dergelijke gelijkenis van een huwelijk is in alle en de afzonderlijke dingen van de natuur en van de drie rijken ervan en zonder dit ontstaat hoegenaamd niets; opdat immers iets in de natuur ontstaat, moet er warmte en licht zijn; de warmte in de natuurlijke wereld stemt overeen met het goede van de liefde in de geestelijke wereld en het licht stemt overeen met het ware van het geloof; die twee, namelijk de warmte en het licht, moeten als één handelen indien iets moet worden voortgebracht, maar indien zij niet eensgezind handelen, zoals dat voorkomt in de winter, wordt er in het geheel niets voortgebracht; dat het hiermee geestelijk eveneens zo is gesteld, blijkt duidelijk bij de mens; er zijn twee vermogens bij de mens, namelijk de wil en het verstand; de wil is gevormd om de geestelijke warmte op te nemen, dat wil zeggen het goede van de liefde en van de naastenliefde, en het verstand om het geestelijk licht op te nemen, dat wil zeggen het ware van het geloof; indien deze twee bij de mens niet één maken, wordt niets voorgebracht; het goede van de liefde immers zonder het ware van het geloof bepaalt en kwalificeert niets en het ware van het geloof zonder het goede van de liefde bewerkt niets; daarom moeten, opdat in de mens het hemels huwelijk zal zijn of opdat hij in het hemels huwelijk zal zijn, die twee één bij hem maken. Vandaar komt het dat de Ouden alle en de afzonderlijke dingen in de wereld en alle en de afzonderlijke dingen bij de mens met huwelijken hebben gelijkgesteld, nrs. 54, 55, 568, 718, 747, 917, 1432, 2173, 2516, 2731, 2739, 2758, 3132, 4434, 4823, 5138; hieruit kan vaststaan vanwaar het komt dat twee de verbinding betekent.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl