Bible

 

Joël 2:6

Studie

       

6 Van deszelfs aangezicht zullen de volken in pijn zijn; alle aangezichten zullen betrekken als een pot.

Komentář

 

Breast

  

In Ezekiel 16:7, the breast signifies natural good.

(Odkazy: Arcana Coelestia 3301)


In Exodus 29:26, this signifies the divine spiritual in the heavens and its appropriation there. It also signifies the good of charity. (Arcana Coelestia 10087)

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1808

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

1808. Dat de woorden ‘en tel de sterren’ de uitbeelding betekenen van de goedheden en waarheden bij de aanschouwing van de sterrenhemel, blijkt uit hetgeen nu gezegd is en verder uit de uitbeelding en aanduiding van de sterren als goedheden en waarheden. Sterren worden in het Woord vaak vermeld en overal betekenen ze goedheden en waarheden en ook in de tegenovergestelde zin boosheden en valsheden; of wat hetzelfde is, engelen of gezelschappen van engelen, en dan in de tegenovergestelde zin boze geesten en hun benden. Wanneer zij engelen of gezelschappen van engelen betekenen, zijn zij vaste sterren, maar wanneer ze boze geesten betekenen of hun benden, zijn zij dwaalsterren; deze heb ik vaak gezien. Dat alle dingen die zich in de hemelen en op aarde bevinden, uitbeeldingen van hemelse en geestelijke dingen zijn, kon ik hieruit duidelijk opmaken, dat dergelijke dingen zoals die zich aan de hemel en op aarde aan het oog voordoen, zich ook zichtbaar in de geestenwereld vertonen en wel zo duidelijk als op klaarlichte dag. Daar zijn zij alleen van uitbeeldende aard; wanneer bijvoorbeeld een sterrenhemel verschijnt en de sterren daarin vast zijn, weet men terstond dat die goedheden en waarheden zijn; en wanneer dwaalsterren verschijnen, weet men direct, dat ze boosheden en valsheden betekenen. Aan de flonkering en de schittering zelf van de sterren kan men ook opmaken van welke aard ze zijn; behalve nog ontelbare dingen meer. Hieruit kan degene die wijs wil denken, weten vanwaar het ontstaan van alle dingen op aarde komt, namelijk van de Heer; en dat ze op aarde niet denkbeeldig maar werkelijk bestaan, komt omdat alle dingen, zowel de hemelse als de geestelijke, welke van de Heer komen, levend en wezenlijk, of zoals men zegt, substantieel zijn. Daarom bestaan ze ook werkelijk in de uiterste natuur, zie nr. 1632.

Dat de sterren goedheden en waarheden uitbeelden en betekenen, kan uit de navolgende plaatsen blijken, bij Jesaja:

‘De sterren der hemelen en hun gesternten zullen haar licht niet laten lichten, de zon is verduisterd in haar opgang, en de maan laat haar licht niet schijnen; en Ik zal over het aardrijk het boze bezoeken en over de goddelozen hun ongerechtigheid’, (Jesaja 13:10, 11). Daar is sprake van de dag van de bezoeking; eenieder kan zien, dat onder sterren en gesternten hier niet sterren en gesternten verstaan worden, maar waarheden en goedheden, en onder de zon de liefde en onder de maan het geloof, want er wordt hier gehandeld over de valsheden en boosheden die verduisteren.

Bij Ezechiël:

‘Als Ik u zal uitgeblust hebben, zal Ik de hemelen bedekken, hun sterren zwart maken; Ik zal de zon met een wolk bedekken, en de maan zal haar licht niet laten lichten; alle schijnselen van het licht zal Ik zwart maken over u, en Ik zal duisternis brengen over uw land’, (Ezechiël 32:7, 8).

Bij Joël:

‘Voor Hem is de aarde beroerd, de hemelen beefden; de zon en de maan werden zwart, en de sterren trokken hun glans in’, (Joël 2:10; 3:15).

Bij David:

‘Looft Jehovah, zon en maan; looft Hem, alle gij sterren des lichts, looft Hem, gij hemel der hemelen’, (Psalm 148 3, 4) eveneens. Dat door sterren niet sterren, maar goedheden en waarheden, of wat hetzelfde is, zij die in goedheden en waarheden zijn zoals de engelen, worden aangeduid, wordt duidelijk gezegd bij Johannes:

‘Ik zag de Zoon des Mensen, houdend in Zijn rechterhand zeven sterren; de verborgenheid van de zeven sterren die gij gezien hebt op Mijn rechterhand, en de zeven kandelaren; de zeven sterren zijn de engelen van de zeven Kerken; de zeven kandelaren echter die gij gezien hebt, zijn de zeven Kerken’, (Openbaring 1:16, 20).

Bij dezelfde:

‘De vierde engel bazuinde, zodat het derde deel van de zon geslagen werd, en het derde deel van de maan, en het derde deel van de sterren, opdat het derde deel ervan zou verduisterd worden, en dat de dag voor zijn derde deel niet zou lichten, en de nacht desgelijks’, (Openbaring 8:12). Hieruit blijkt duidelijk, dat het goede en het ware verduisterd werd.

Bij Daniël:

‘Er kwam een kleine hoorn voort, welke uitnemend groot werd tegen het zuiden, en tegen het oosten, en tegen het sierlijke, en hij werd groot tot aan het heir der hemelen, en wierp van het heir op de aarde, en van de sterren, en hij vertrad ze’, (Daniël 8:9, 10);

hier blijkt duidelijk, dat het heir der hemelen en de sterren goedheden en waarheden zijn, die vertreden worden. En hieruit kan blijken wat onder de volgende woorden van de Heer bij Mattheüs werd verstaan:

‘In de voleinding der eeuw, terstond na de verdrukking van die dagen, zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van de hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden’, (Mattheüs 24:29).

Bij Lukas:

‘Dan zullen er tekenen zijn in de zon en maan en sterren, en op de aarde benauwdheid der natiën in vertwijfeling, als de zee en watergolven groot geluid zullen geven’, (Lukas 21:25). Daar wordt door de zon geenszins de zon aangeduid, noch door de maan de maan, noch door de sterren de sterren, noch door de zee de zee, maar de dingen welke zij uitbeelden, namelijk door de zon de hemelse dingen van de liefde, door de maan de geestelijke dingen, door de sterren de goedheden en waarheden, of de erkentenissen van het goede en ware, welke zo verduisterd worden omstreeks de voleinding der eeuw, wanneer er geen geloof meer is, dat wil zeggen, geen naastenliefde meer is.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl