36
Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenisgegeven hebt.
27
And both these kings' hearts shall be to do mischief, and they shall speaklies at onetable; but it shall not prosper: for yet the end shall be at the time appointed.