25
Alzo zal Ik ulieden de jaren vergelden, die de sprinkhaan, de kever, en de kruidworm, en de rups heeft afgegeten; Mijn groot heir, dat Ik onder u gezonden heb.
25
Alzo zal Ik ulieden de jaren vergelden, die de sprinkhaan, de kever, en de kruidworm, en de rups heeft afgegeten; Mijn groot heir, dat Ik onder u gezonden heb.
6
You will destroy those who speak lies. Yahweh abhors the bloodthirsty and deceitful man.
7
But as for me, in the abundance of your loving kindness I will come into your house. I will bow toward your holy temple in reverence of you.
8
Lead me, Yahweh, in your righteousness because of my enemies. Make your way straight before my face.