36
Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenisgegeven hebt.
3
Their nobles send their little ones to the waters: they come to the cisterns, and find no water; they return with their vessels empty; they are disappointed and confounded, and cover their heads.