13
En Ik zal over dat landbrengen al Mijn woorden, die Ik daarover gesproken heb; al wat in dit boekgeschreven is, wat Jeremia geprofeteerd heeft over al deze volken.
11
Maar het is geschied, als Nebukadrezar, de koning van Babel, naar dit land optoog, dat wij zeiden: Komt, en laat ons naar Jeruzalem trekken vanwege het heir der Chaldeen, en vanwege het heir der Syriers; alzo zijn wij te Jeruzalem gebleven.