Bible

 

Genesis 46:17

Studie

       

17 En de zonen van Aser: Jimna, en Jisva, en Jisvi, en Berija, en Sera, hun zuster; en de zonen van Berija: Heber en Malchiel.

Ze Swedenborgových děl

 

Apocalyps Onthuld # 504

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 962  
  

504. Alwaar ook onze Heer gekruisigd is, betekent de niet-erkenning van het Goddelijk Menselijke van de Heer en zo de staat van de verwerping.

In de Kerk wordt gezegd, dat diegenen de Heer kruisigen, die Hem lasteren; en verder ook degenen die, evenals de Joden, ontkennen dat Hij de Zoon Gods is; dat diegenen aan de Joden eender zijn, die ontkennen dat Zijn Menselijke Goddelijk is, is omdat elk mens de Heer als Mens beschouwt en wie Zijn Menselijke beschouwt als gelijkwaardig aan het menselijke van een ander mens, kan dan niet aan Zijn Goddelijke denken, hoezeer Hij ook de Zoon Gods wordt genoemd, geboren uit het eeuwige, gelijkwaardig aan het Goddelijke van de Vader; wanneer dit wordt gezegd en gelezen, wordt het weliswaar gehoord, maar dan is het toch niet tegelijk in het geloof, wanneer er over de Heer wordt gedacht dat Hij een stoffelijk mens is zoals een ander mens en de gelijke eigenschappen van het vlees behoudt; en omdat men dan Zijn Goddelijke verwijdert en Het niet in aanmerking neemt, is men daarom in die staat alsof men het ontkent, want men ontkent dat Zijn Menselijke de Zoon Gods is, evenals ook de Joden hebben gedaan en Hem daarom hebben gekruisigd; dat evenwel het Menselijke van de Heer de Zoon Gods is, wordt openlijk gezegd in, (Lukas 1:32, 35; Mattheüs 3:16, 17) en elders.

Uit deze dingen blijkt de oorzaak, waarom de mensen van de Kerk rechtstreeks tot God de Vader gaan en velen ook rechtstreeks tot de Heilige Geest en zelden iemand rechtstreeks tot de Heer.

Aangezien de Joden vanwege de ontkenning dat de Heer de Messias, de Zoon Gods was, Hem hebben gekruisigd, wordt daarom hun Jeruzalem ook Sodom genoemd, (Jesaja 3:9; Jeremia 23:14; Ezechiël 16:46, 48) en zegt de Heer:

‘Op de dag, op welke Loth uit Sodom uitging, regende het vuur en zwavel vanuit de hemel en verdierf ze allen; even alzo zal het zijn in de dag op welke de Zoon des Mensen onthuld zal worden’, (Lukas 17:29, 30); wat het vuur en de zwavel is, zie de nrs. 452, 494.

  
/ 962  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl