Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 158
158. Dat ‘man’ de innerlijke mens betekent, of, wat hetzelfde is, de verstandige en wijze, blijkt bij Jesaja:
‘Ik zag, en er was geen man, en onder dezen, er was geen raadgever’, (Jesaja 41:28);
dat wil zeggen, geen wijze noch een verstandige.
Bij Jeremia:
‘Gaat om door de wijken van Jeruzalem, en zie toe of gij een man zult vinden, of er één is die recht doet, die waarheid zoekt’, (Jeremia 5:1). Eén die recht doet voor een wijze, één die waarheid zoekt voor een verstandige.