Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 2451
2451. Dat de woorden ‘alle inwoners van de steden’ betekenen, dat alle goedheden van hen werden afgescheiden, zodat zij niets dan boosheden hadden, blijkt uit de betekenis van de inwoners, wanneer die op de stad betrekking hebben, namelijk de goedheden, zoals uit vele plaatsen in het Woord kan worden bevestigd; het blijkt ook hieruit duidelijk, dat wanneer, zoals aangetoond, de stad het ware betekent, de inwoner het goede is, want het is het ware, waarin het goede woont; en het ware waarin niet het goede is, is zoals een lege stad of een stad zonder inwoners. Bovendien zie men eerder in nr. 2449 dat alle goedheden ook van de bozen worden afgescheiden, zodat zij niets dan boosheden hebben.