Bible

 

Ezechiël 11:9

Studie

       

9 Ook zal Ik ulieden uit het midden derzelve doen uitgaan, en Ik zal u overgeven in de hand der vreemden; en Ik zal recht onder u doen.

Komentář

 

#89 How the Second Coming Unfolds: What Jesus says

Napsal(a) Jonathan S. Rose

Title: From East to West: How the Second Coming Unfolds

Topic: Second Coming

Summary: We look at the striking statement in Matthew 24:27 that the Second Coming will take place like lightning coming from the east and flashing to the west. What other clues does the Bible contain to what this might mean?

Use the reference links below to follow along in the Bible as you watch.

References:
Matthew 24:1, 27
Luke 17:20-30
Exodus 19:16; 20:18
2 Samuel 22:10-16
Matthew 28:2
Revelation 11:19
Numbers 3:23
Leviticus 16
Matthew 21:1
Luke 19:37
Numbers 34:6
Isaiah 9:2
Malachi 3:1; 4:1
Zechariah 14:1
Ezekiel 10:18; 11:22; 43; 44; 46; 48
Matthew 24:26-27
Hebrews 4:12
Luke 2:34-35

Přehrát video
Spirit and Life Bible Study broadcast from 5/2/2012. The complete series is available at: www.spiritandlifebiblestudy.com

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 874

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

874. Hier wordt de eerste staat beschreven van de wedergeboorte van de mens van deze Kerk na de verzoeking, welke allen, die wedergeboren worden, algemeen is, namelijk dat zij geloven, uit zichzelf het goede te doen en het ware te denken, en daar zij nog in de grootste duisternis verkeren, laat de Heer hen dan ook in deze waan, maar nochtans is al het goede dat zij doen en al het ware dat zij denken, wanneer zij in zo’n mening, die vals is, verkeren, niet het goede en ware van het geloof, want al wat de mens uit zichzelf voortbrengt, kan het goede niet zijn, want het komt uit hemzelf, en dit zelf is een onreine en hoogst onzuivere bron; uit een onreine en hoogst onzuivere bron kan nooit iets goeds voortkomen, want hij denkt steeds aan eigen verdienste en aan eigen rechtvaardigheid; sommigen gaan zelfs nog verder en verachten anderen bij zichzelf vergeleken, zoals de Heer leert in (Lukas 18:9-14); anderen doen weer anders. De eigen begeerten voegen er zich aan toe, zodat het van buiten een schijn van het goede heeft, maar toch is het vuil van binnen. Daarom is het goede, dat de mens in deze staat doet, niet het goede van het geloof. Zo is het ook gesteld met het ware dat hij denkt; zelfs wanneer datgene wat hij denkt ook de volste waarheid was, dan is het toch, zolang het uit zijn eigen ik komt, op zichzelf weliswaar het ware van het geloof, maar het goede van het geloof is er niet in. Al het ware moet, om het ware van het geloof te zijn, het goede van het geloof van de Heer in zich hebben; eerst dan wordt het goed en waar.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl