Bible

 

Exodus 38:9

Studie

       

9 Hij maakte ook den voorhof, aan den zuidhoek zuidwaarts; de behangselen tot den voorhof waren van fijn getweernd linnen, van honderd ellen.

Ze Swedenborgových děl

 

Apocalyps Onthuld # 669

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 962  
  

669. Na deze dingen zag ik, en zie geopend werd de tempel des tabernakels van de getuigenis in de hemel, betekent gezien werd het binnenste van de hemel, waar de Heer is in Zijn Heiligheid in het Woord en in de Wet, die de Decaloog is.

Met de tempel wordt in de hoogste zin aangeduid de Heer ten aanzien van Zijn Goddelijk Menselijke en vandaar de hemel en de Kerk, nrs. 191, 529, hier de christelijke hemel; met de tabernakel van de getuigenis wordt het binnenste van die hemel aangeduid, waar de Heer is in Zijn Heiligheid in het Woord en in de Wet die de Decaloog is, aangezien met de tabernakel eveneens de hemel wordt aangeduid, nr. 585; en het binnenste van de tabernakel was daar waar de Ark was, waarin de beide tafelen lagen, waarop met de vinger Gods de Tien Woorden waren geschreven, te weten de tien geboden van de Decaloog, die woorden verstaan onder de getuigenis en eveneens de getuigenis worden genoemd; waaruit blijkt, dat met ik zag en zie, geopend werd de tempel des tabernakels van de getuigenis in de hemel, wordt aangeduid dat gezien werd het binnenste van de hemel waar de Heer is in Zijn Heiligheid in de Wet, die de Decaloog is; dat met de tabernakel van de getuigenis ook wordt aangeduid waar het Woord is, is omdat getuigenis niet alleen wordt gezegd van de Wet, die de Decaloog is, maar ook van het Woord en van de Heer als het Woord, omdat het Woord van Hem getuigt, nrs. 490, 555.

Dat in de hemel het Woord is en dat dit is neergelegd in het binnenste ervan, dat de Heilige Schrijn wordt genoemd en dat daar een vlammend en schitterend wit licht is, dat uitgaat boven elke graad van licht dat buiten dit in de hemel is, zie ‘de Leer van het Heilige Jeruzalem aangaande de Gewijde Schrift’, nrs. 70-75; en over die Heilige Schrijn, zie nr. 73 daar.

Ten aanzien van de heiligheid van de Wet, die de Decaloog is, zie het werk ‘de Leer des Levens voor het Nieuwe Jeruzalem vanuit de Geboden van de Decaloog’, nrs. 53-60.

Dat de Ark, waarin de beide tafelen van de Decaloog waren, het Heiligdom of het binnenste van de Tempel in Jeruzalem maakte en dat dus de tabernakel daar was, zie (1 Koningen 6:19-28; 8:3-9).

Dat de Wet, die de Decaloog is, de Getuigenis wordt genoemd, staat vast uit deze plaatsen:

‘Mozes klom af en de twee tafelen der getuigenis waren in zijn hand; de tafelen waren Gods werk, het geschrift was Gods geschrift, gegraveerd op de tafelen’, (Exodus 32:15, 16).

‘De twee tafelen der getuigenis, tafelen van steen, beschreven met de vinger Gods’, (Exodus 31:18).

‘Jehovah zei: In de Ark zult gij de getuigenis leggen, welke Ik u geven zal’, (Exodus 25:16, 21, 22).

‘En Mozes nam en leidde de getuigenis in de Ark’, (Exodus 40:20).

‘Opdat de wolk des reukwerks het verzoendeksel bedekte, dat is op de getuigenis’, (Leviticus 16:13).

‘Jehovah zei tot Mozes: Laat de stokken voor het aangezicht van de getuigenis en de stok van Aharon daarna vóór de getuigenis’, (Numeri 17:4, 10).

‘En Mozes liet de stokken vóór Jehovah’, (Numeri 17:7).

De Ark wordt de Ark der Getuigenis genoemd in (Exodus 31:7); en de Tabernakel wordt het Habitakel der Getuigenis genoemd in (Exodus 38:21).

  
/ 962  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl