Bible

 

Exodus 12:51

Studie

       

51 En het geschiedde even ten zelfden dage, dat de HEERE de kinderen Israels uit Egypteland leidde, naar hun heiren.

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 7879

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

7879. En niet zal in ulieden de plaag van de verderver zijn; dat dit betekent dat de verdoemenis uit de hel niet zal invloeien, staat vast uit de betekenis van de plaag, hier de verdoemenis, want deze plaag was de dood van alle eerstgeborenen in Egypte en dat die de verdoemenis is, zie nr. 7778; en uit de betekenis van de verderver, dus de hel die de verdoemenis teweegbrengt, is het als volgt gesteld: de verwoesting van de bozen in het andere leven en ook de verdoemenis en tevens het neerwerpen in de hel, komt niet rechtstreeks uit de geest die in het boze is, maar zij komt uit de hellen; de boosheden immers die daar zijn, ontstaan alle vanuit de invloeiing uit de hellen er is geen boze zonder de invloeiing daaruit; en zij ontstaan volgens de staat van het boze waarin de geesten zijn die verwoest en verdoemd worden; en de staat van het boze ontstaat volgens de ontneming van het goede en het ware; volgens die staat vindt gemeenschap met de hellen plaats; en de hellen zijn uiterst paraat om het boze toe te voegen, want het boze toevoegen is de verkwikking zelf van hun leven.

Omdat de hellen zodanig zijn, worden zij daarom door de Heer gesloten gehouden, aangezien indien zij geopend zouden worden het gehele menselijke geslacht zou vergaan, want de hellen hijgen aanhoudend naar het verderf van allen.

Dat door de pest zeventigduizend mannen vergingen vanwege de volkstelling door David, (2 Samuël 24) en dat in het legerkamp van de Assyriërs honderdvijfentachtigduizend in één nacht werden gedood, (2 Koningen 19:35), die dingen werden gedaan door de hellen die toen waren geopend.

Eender zou het heden ten dage gesteld zijn indien zij geopend werden; daarom worden zij door de Heer strikt gesloten gehouden.

Dat de verdoemenis uit de hellen niet kan invloeien bij hen die door de Heer in het goede en het ware worden gehouden, wat daarmee wordt aangeduid dat in ulieden niet de plaag van de verderver zal zijn, zie nr. 7878.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl