Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1851
1851. Dat de woorden ‘en daarna zullen zij uittrekken met grote have’ de bevrijding betekenen, en dat hun de hemelse en geestelijke goedheden ten deel zullen vallen, blijkt uit de betekenis van uitgaan, dat wil zeggen bevrijd worden, en uit de betekenis van de have, hetgeen het hemels en geestelijk goede is, want dit is de have van hen die vervolgingen lijden, en verzoekingen, onderdrukkingen, verdrukkingen of knechtschap verduren, waarover in dit en in het voorgaande vers is gehandeld. Deze goedheden werden ook uitgebeeld en aangeduid door de have van de zonen van Jakob, toen zij uit Egypte togen, (Exodus 11:2; 12:36) en verder ook door hun have in het land Kanaän na de verdrijving van de heidenen; en herhaaldelijk bij de profeten, wanneer sprake is van de op de vijand behaalde buit, waarmee zij zich verrijken zouden.