Bible

 

Deuteronomium 20:12

Studie

       

12 Doch zo zij geen vrede met u zal maken, maar krijg tegen u voeren, zo zult gij haar belegeren.

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 6394

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

6394. En hij wordt schatplichtig; dat dit betekent om verdienste te hebben, staat vast uit de betekenis van schatplichtig worden, namelijk onderworpen zijn en dienen; en omdat van hen die verdienste willen hebben door de werken, wordt gezegd dat zij benige ezels zijn, nederliggende tussen de pakken en dat hij de schouder buigt om last te dragen, zo worden met schatplichtig zijn, ook diegenen aangeduid die door de werken verdienste willen hebben, want dat zij de laagste dienstbaarheden zijn, zie nr. 6389.

Dat schatplichtig zijn, wil zeggen onderworpen zijn en dienen, staat vast bij Mozes:

‘Wanneer gij nadert tot een stad om haar te bestormen, dan zult gij hen tot vrede uitnodigen; het geschiede echter indien zij u voor vrede geantwoord en u opengedaan zal hebben, en het zal geschieden dat al het volk dat daarin gevonden wordt, u tot schatplichtige zal worden en zij zullen u dienen’, (Deuteronomium 20:10, 11).

Bij Jeremia:

‘Hoe heeft de stad, groot van volk, eenzaam gewoond; zij is zoals een weduwe geworden, de grote onder de natiën, welke geheerst heeft over de provinciën, zij is onderworpen geworden’, (Klaagliederen 1:1);

dat daar met schatplichtig en onderworpen zijn, dienen wordt aangeduid, is duidelijk.

Bij Mattheüs:

‘Jezus zei: Wat dunkt u, Simon; de koningen der aarde, van wie nemen zij cijnzen of schatting, van hun zonen of van de vreemden. Petrus zegt tot Hem: Van de vreemden. Jezus zegt tot hem: Zo zijn dan de zonen vrij. Maar opdat wij hun geen aanstoot geven, ga heen naar de zee, werp de angel uit en de eerste vis welke opkomt, neem, op zijn mond; gij zult een stater vinden; neem die en geef hem voor Mij en u’, (Mattheüs 17:25-27);

hier worden eveneens onder cijnzen of schatting geven diegenen verstaan die dienen; en daarom wordt gezegd dat de vreemden ze zouden geven en de zonen vrij zouden zijn; de vreemdelingen immers waren knechten, nr. 1097;

dat Petrus vanuit de zee vis zou nemen en in de mond ervan een stater vinden, die hij zou geven, beeldde uit dat het laagst natuurlijke, dat dienstbaarheid is, dit zou doen; de vissen duiden immers dat natuurlijke aan.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl