来自斯威登堡的著作

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus#82

学习本章节

  
/10837  
  

82. Vers 1. En volbracht zijn de hemelen en de aarde en al hun heir.

Hieronder wordt verstaan dat de mens nu geestelijk is geworden, in zoverre hij de zesde dag is. De hemel is zijn innerlijke mens en de aarde zijn uiterlijke mens; hun heir zijn de liefde, het geloof en de erkentenissen daarvan, die eerder zijn aangeduid door de grote lichten en de sterren. Dat de innerlijke mens hemel, en de uiterlijke mens aarde wordt genoemd, kan uit de aangehaalde plaatsen van het Woord in het voorgaande hoofdstuk blijken; waaraan ik mag toevoegen wat bij Jesaja staat:

‘Ik zal de stervelingen zeldzamer maken dan gelouterd goud en de mensen dan fijn goud van Ofir; Daarom zal Ik de hemel doen wankelen en de aarde zal bevend van haar plaats wijken door de verbolgenheid’, ( Jesaja 13:12, 13). En elders:

‘Dat gij vergeet Jehovah, uw Maker, die de hemel uitspande en de aarde grondvestte; dat gij bestendig, de gehele dag, verschrikt zijt vanwege de grimmigheid van de verdrukker, wanneer hij uit is op verderven? Waar is nu de grimmigheid van de verdrukker? Ik heb mijn woorden in uw mond gelegd en met de schaduw van mijn hand heb Ik u bedekt, Ik, die de hemel uitspan en de aarde grondvest en tot Sion zeg: Gij zijt mijn volk’, (Jesaja 51:13, 16). Hierbij blijkt dat bij de mens zowel van hemel als van aarde gesproken wordt; weliswaar betreft het de Oudste Kerk, maar het innerlijke van het Woord is van dien aard, dat al hetgeen van de Kerk gezegd wordt, ook van ieder lid van de kerk gezegd wordt: hij zou geen deel van de Kerk uitmaken als hij zelf geen Kerk was, evenals hij, die geen tempel van de Heer is, niet datgene kan zijn wat door de tempel wordt aangeduid, namelijk de Kerk en de hemel. Het is daarom dan ook dat de Oudste Kerk Mens in het enkelvoud wordt genoemd.

  
/10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

圣经文本

 

Jesaja第51章:16

学习

       

16 En Ik leg Mijn woorden in uw mond, en bedek u onder de schaduw Mijner hand; om den hemel te planten, en om de aarde te gronden, en om te zeggen tot Sion: Gij zijt Mijn volk.

来自斯威登堡的著作

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus#3364

学习本章节

  
/10837  
  

3364. Dat de woorden ‘Er was honger in het land, behalve de vorige honger, die in de dagen van Abraham geweest was’ het gebrek aan erkentenissen van het geloof betekenen, blijkt uit de betekenis van de honger, namelijk het gebrek aan erkentenissen, waarover nr. 1460.

Dat het een gebrek is aan erkentenissen van het geloof, blijkt duidelijk uit het direct daarop volgende, namelijk uit de uitbeelding van Abimelech en uit de betekenis van Gerar, te weten de dingen die tot het geloof behoren. De honger in de dagen van Abraham, die vermeld wordt in het 12de hoofdstuk vers 10 en waarover gehandeld is in nr. 1460, was een gebrek aan erkentenissen die tot de natuurlijke mens behoren; maar de honger waarvan hier sprake is, is een gebrek aan erkentenissen die tot de redelijke mens behoren; daarom wordt er gezegd dat er honger in het land was, behalve de vorige honger die in de dagen van Abraham geweest was. In de innerlijke zin wordt hier gehandeld over de Heer, namelijk dat alle leerstellige dingen van het geloof van Zijn Goddelijke uitgaan; want er bestaat niet enig leerstellig iets en zelfs niet het kleinste deel daarvan, dat niet van de Heer uitgaat, want de Heer is de Leer zelf. Dit is de reden, waarom de Heer het Woord wordt genoemd, want het Woord is de Leer. Maar daar alles wat in de Heer is, Goddelijk is en het Goddelijke door niet enig schepsel begrepen kan worden, zijn de leerstellige dingen die van de Heer uitgaan, voor zover die voor de schepselen verschijnen, niet zuiver Goddelijke waarheden, maar schijnbaarheden van het ware; maar toch liggen in de schijnbaarheden Goddelijke waarheden en omdat deze daarin liggen, worden de schijnbaarheden ook waarheden genoemd; daarover wordt nu in dit hoofdstuk gehandeld.

  
/10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl