圣经文本

 

Joël第2章:27

学习

       

27 En gij zult weten, dat Ik in het midden van Israel ben, en dat Ik de HEERE, uw God, ben, en niemand meer; en Mijn volk zal niet beschaamd worden in eeuwigheid.

圣经文本

 

I Koningen第8章:36

学习

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

来自斯威登堡的著作

 

Arcana Coelestia#5503

学习本章节

  
/10837  
  

5503. 'Saying, What is this that God has done to us?' means owing to so great an act of providence. This is clear from the meaning of 'God doing' as providence, for no other expression than providence can be used to describe everything done by God. The reason for this is that everything done by God or the Lord has an eternal quality and an infinite one; and the word 'providence' has the same implication. The amazement of the brothers is the reason for the meaning here - owing to so great an act of providence.

  
/10837  
  

Thanks to the Swedenborg Society for the permission to use this translation.