圣经文本

 

Genesis第48章:21

学习

       

21 Daarna zeide Israel tot Jozef: Zie, ik sterf; maar God zal met ulieden wezen, en Hij zal u wederbrengen in het land uwer vaderen.

圣经文本

 

Numeri第1章:34

学习

       

34 Van de zonen van Manasse, hun geboorten, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, in het getal der namen, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire uittrokken,

来自斯威登堡的著作

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus#6254

学习本章节

  
/10837  
  

6254. En ik zal hen zegenen; dat dit de voorzegging ten aanzien van het goede en het ware betekent, staat vast uit de betekenis van zegenen, namelijk voorzeggen, zoals eerder in nr. 6230, hier ten aanzien van het goede en het ware, die door Menasse en Efraïm worden uitgebeeld. Omdat zegenen een hoogst algemeen woord is, betekent het dus ook verschillende dingen; dat het ook de voorzegging zowel ten aanzien van de goede dingen die zullen gebeuren, als ten aanzien van de boze dingen, blijkt in het volgende hoofdstuk, waar Israël aan zijn zonen voorzegde wat hun overkomen zal, aan sommige boze dingen, zoals aan Ruben, Simeon en Levi en aan sommige goede dingen, zoals aan Jehudah en Jozef; die voorzegging wordt zegen genoemd in vers 28 daar, ‘Dit is wat hun vader tot hen sprak, en hij zegende hem, eenieder, wat was volgens zijn zegen zegende hij hen’; dat de zegen de voorzegging is, staat vast uit de woorden in het eerste vers van dat hoofdstuk, ‘Jakob riep zijn zonen en hij zei: Verzamelt u, en ik zal u aanwijzen wat u wedervaren zal in het uiterste der dagen’.

  
/10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl