16
En dit zullen haar maten zijn: de noorderhoek, vierduizend en vijfhonderd meetrieten; en de zuiderhoek vierduizend en vijfhonderd en van den oosterhoek vierduizend en vijfhonderd; en de westerhoek vierduizend en vijfhonderd.
13
Alzo zegt de HeereHeere: Dit zal de landpale zijn, naar dewelke gij het land ten erve zult nemen, naar de twaalf stammen Israels: Jozeftwee snoeren.