Bible

 

Hosea 6

Studie

   

1 Komt en laat ons wederkeren tot den HEERE, want Hij heeft verscheurd, en Hij zal ons genezen; Hij heeft geslagen, en Hij zal ons verbinden.

2 Hij zal ons na twee dagen levend maken; op den derden dag zal Hij ons doen verrijzen, en wij zullen voor Zijn aangezicht leven.

3 Dan zullen wij kennen, wij zullen vervolgen, om den HEERE te kennen; Zijn uitgang is bereid als de dageraad; en Hij zal tot ons komen als een regen, als de spade regen en vroege regen des lands.

4 Wat zal Ik u doen, o Efraim! wat zal Ik u doen, o Juda! dewijl uw weldadigheid is als een morgenwolk, en als een vroegkomende dauw, die henengaat.

5 Daarom heb Ik hen behouwen door de profeten; Ik heb ze gedood door de redenen Mijns monds; en uw oordelen zullen voortkomen aan het licht.

6 Want Ik heb lust tot weldadigheid, en niet tot offer; en tot de kennis Gods, meer dan tot brandofferen.

7 Maar zij hebben het verbond overtreden als Adam; daar hebben zij trouwelooslijk tegen Mij gehandeld.

8 Gilead is een stad van werkers der ongerechtigheid; zij is betreden van bloed.

9 Gelijk de benden der straatschenders op iemand wachten, alzo is het gezelschap der priesteren; zij moorden op den weg naar Sichem, waarlijk, zij doen schandelijke daden.

10 Ik zie een afschuwelijke zaak in het huis Israels; aldaar is Efraims hoererij, Israel is verontreinigd.

11 Ook heeft hij u, o Juda! een oogst gezet, als Ik de gevangenen Mijns volks wederbracht.

   

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 1825

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

1825. Dat het driejarige alle dingen van de Kerk wat de tijden en staten betreft insluit, blijkt uit de betekenis van drie in het Woord: drie betekent de volle tijd van de Kerk, vanaf haar oorsprong tot het einde, dus geheel de staat ervan. De laatste tijd van de Kerk wordt daarom door de derde dag aangeduid, door de derde week, door de derde maand, door het derde jaar en door de derde eeuw, wat hetzelfde is. Evenals de staat van de Kerk door een drievoud wordt aangeduid, wordt ook de staat van eenieder die een Kerk is daarmee aangeduid en zelfs elk ding van de Kerk, zoals blijken kan uit de betekenis van dit getal naar de uit het Woord aangehaalde plaatsen in de nrs.720, 901.

Dat de driejarige vaars dus de tijd of de staat van de Kerk tot aan haar uiterste betekent, namelijk wanneer zij verwoest of verlaten is, kan ook blijken bij Jesaja:

‘Mijn hart schreeuwt over Moab, zijn vluchtelingen vluchten naar Zoar toe, de driejarige vaars, want in de opgang van Luchith zal het met geween opgaan, want op de weg naar Choronaim zullen zij jammergeschrei verwekken’, (Jesaja 15:5);

ook bij Jeremia:

‘Weggenomen is de blijdschap en verheuging van Karmel, en van het land Moab, en Ik zal de wijn doen ophouden uit de kuipen; men zal niet treden met de hedad [juichen], de hedad zal geen hedad zijn, vanwege Chesbons gekrijt tot Elealeh toe, tot Jahaz toe, hebben zij hun stem verheven, van Zoars tot aan Choronaim, de driejarige vaars, want ook de wateren van Nimrim zullen tot verwoestingen worden’, (Jeremia 48:33, 34). Wat deze dingen zijn, zou nooit iemand gewaar worden, wanneer men niet wist, wat door Moab wordt aangeduid, wat door Zoar, door de opgang van Luchith, door het gekrijt van Chesbon tot Elealeh, door Jahaz, door Choronaim, door de wateren van Nimrim en door de driejarige vaars; dat het de laatste verwoesting is, blijkt duidelijk.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl