Bible

 

Hosea 5

Studie

   

1 Hoort dit, gij priesters! en merkt op, gij huis Israels! en neemt ter oren, gij huis des konings! want ulieden gaat dit oordeel aan, omdat gij een strik zijt geworden te Mizpa, en een uitgespannen net op Thabor.

2 En die afwijken, verdiepen zich om te slachten; maar Ik zal hun allen een tuchtmeester zijn.

3 Ik ken Efraim, en Israel is voor Mij niet verborgen; dat gij, o Efraim! nu hoereert, en Israel verontreinigd is.

4 Zij stellen hun handelingen niet aan, om zich tot hun God te bekeren; want de geest der hoererijen is in het midden van hen, en den HEERE kennen zij niet.

5 Dies zal Israel hovaardij in zijn aangezicht getuigen; en Israel en Efraim zullen vallen door hun ongerechtigheid; ook zal Juda met hen vallen.

6 Met hun schapen, en met hun runderen zullen zij dan gaan, om den HEERE te zoeken, maar niet vinden; Hij heeft Zich van hen onttrokken.

7 Zij hebben trouwelooslijk gehandeld tegen den HEERE; want zij hebben vreemde kinderen gewonnen; nu zal hen de nieuwe maand verteren met hun delen.

8 Blaast de bazuin te Gibea, de trompet te Rama; roept luide te Beth-Aven; achter u, Benjamin!

9 Efraim zal tot verwoesting worden, ten dage der straf; onder de stammen Israels heb Ik bekend gemaakt, dat gewis is.

10 De vorsten van Juda zijn geworden, gelijk die de landpalen verrukken; Ik zal Mijn verbolgenheid, als water, over hen uitgieten.

11 Efraim is verdrukt, hij is verpletterd met recht; want hij heeft zo gewild; hij heeft gewandeld naar het gebod.

12 Daarom zal Ik Efraim zijn als een mot, en den huize van Juda als een verrotting.

13 Als Efraim zijn krankheid zag, en Juda zijn gezwel, zo toog Efraim tot Assur, en hij zond tot den koning Jareb; maar die zal ulieden niet kunnen genezen, en zal het gezwel van ulieden niet helen.

14 Want Ik zal Efraim zijn als een felle leeuw, en den huize van Juda als een jonge leeuw; Ik, Ik zal verscheuren en henengaan; Ik zal wegvoeren, en er zal geen redder zijn.

15 Ik zal henengaan en keren weder tot Mijn plaats, totdat zij zichzelven schuldig kennen en Mijn aangezicht zoeken; als hun bange zal zijn, zullen zij Mij vroeg zoeken.

   

Ze Swedenborgových děl

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus # 5353

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 10837  
  

5353. En het gehele huis van mijn vader; dat dit de verwijdering van de erfboze dingen betekent, staat vast uit het huis van de vader, namelijk hier de erfboze dingen; met het huis immers wordt in de innerlijke zin de mens aangeduid en wel zijn òf redelijke òf natuurlijk gemoed, in het bijzonder echter het wilsdeel daar, dus het goede of het boze, omdat daarvan wordt gesproken met betrekking tot de wil, nrs. 710, 2233, 2234, 3128, 4973, 4982, 5023;

en omdat dit zo is, worden met het huis van de vader hier de erfboze dingen aangeduid. Het hoedanige dat met Menasse wordt aangeduid, is in deze en in de voorgaande woorden bevat; Menasse betekent in de oorspronkelijke taal het vergeten en dus in de innerlijke zin de verwijdering, namelijk zowel van de daadwerkelijke als van de erfboze dingen; wanneer immers deze zijn verwijderd, verrijst een nieuwe wil; de nieuwe wil immers ontstaat door de invloeiing van het goede uit de Heer; de invloeiing van het goede uit de Heer is continu bij de mens, maar het zijn de boze dingen, zowel de daadwerkelijke als de erfboze, die verhinderen en in de weg staan dat hij wordt opgenomen; daarom ontstaat de nieuwe wil pas wanneer zij verwijderd zijn. Dat het dan ontstaat, blijkt duidelijk bij diegenen die rampspoed en ellende hebben en ziek zijn; omdat hierin de liefden van zich en van de wereld worden verwijderd, waaruit alle boze dingen zijn, denkt de mens goed over God en over de naaste en wil hij hem eveneens wel; eender in de verzoekingen, die geestelijke smarten zijn en vandaar innerlijke ellenden en vertwijfelingen; hierdoor voornamelijk worden de boze dingen verwijderd en nadat ze verwijderd zijn, vloeit het hemels goede uit de Heer in; vandaar het nieuwe wilsdeel in het natuurlijke, dat Menasse is in de uitbeeldende zin.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl