Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #6113

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

6113. Dat in het land van Egypte en in het land Kanaän gevonden werd; dat dit betekent dat in het natuurlijke en in de Kerk was, staat vast uit de betekenis van het land van Egypte, namelijk het natuurlijke, waar de wetenschappelijke dingen zijn, nr. 6111;

en uit de betekenis van het land Kanaän, te weten de Kerk, nr. 6067. Onder de Kerk wordt hier datgene verstaan wat van de Kerk is bij de mens; de mens is een Kerk wanneer hij in het goede en het ware is en de groepen van zulke mensen maken de Kerk in het algemeen.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #6111

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

6111. En het land van Egypte en het land Kanaän leed van voor de honger; dat dit betekent dat dit was in het natuurlijke waar de wetenschappelijke dingen zijn en binnen de Kerk, staat vast uit de betekenis van het land van Egypte, namelijk het natuurlijk gemoed waar de wetenschappelijke dingen zijn, waarover de nrs. 5276, 5278, 5280, 5288, 5301;

en uit de betekenis van het land Kanaän, namelijk de Kerk, nr. 6067;

en uit de betekenis van de honger, namelijk de verlating, nr. 6110; daaruit blijkt dat met het land van Egypte en het land Kanaän leed van voor de honger, de verlating wordt aangeduid in het natuurlijke waar de wetenschappelijke dingen zijn en binnen de Kerk.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #5288

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

5288. En zette hem over het land van Egypte; dat dit betekent die in het natuurlijk gemoed alle dingen zullen ordenen, staat vast uit de betekenis van over iets zetten, namelijk iemand aanstellen die zal ordenen en dus eveneens ordenen; en uit de betekenis van het land van Egypte, namelijk het natuurlijk gemoed, nrs. 5276, 5278, 5279; onder ‘hem’ wordt hier de inzichtsvolle en de wijze man verstaan, met wie het ware en het goede wordt aangeduid; daaruit blijkt dat met die woorden wordt aangeduid dat het ware en het goede alle dingen in het natuurlijke zullen ordenen; het is ook het goede en het ware die alle en de afzonderlijke dingen in het natuurlijk gemoed ordenen; zij vloeien immers in vanuit het innerlijke en beschikken zo; wie niet weet hoe het gesteld is met het verstandelijk vermogen van de mens en hoe de mens de dingen kan beschouwen, die doorvatten, analytisch denken, daaruit gevolgtrekkingen maken en ze tenslotte overbrengen naar de wil en door de wil in de daad, verwondert zich geenszins over deze dingen; hij meent dat alle dingen zo op natuurlijke wijze vloeien, terwijl hij in het geheel niet weet, dat alle en de afzonderlijke dingen zijn vanuit de invloeiing door de hemel uit de Heer en dat de mens zonder die invloeiing niet in het minst kan denken en dat met het ophouden van die invloeiing alle denken ophoudt; vandaar weet hij ook niet dat het uit de Heer invloeiende goede alle dingen ordent en tot iets soortgelijks als een hemel vormt voor zoveel als de mens dit toestaat en dat vandaar het denken vloeit op een met de hemelse vorm overeenkomende wijze; de hemelse vorm is die vorm waarin de hemelse gezelschappen zijn geordend en de hemelse gezelschappen zijn geordend volgens de vorm die het goede en het ware aanbrengt dat uit de Heer voortgaat

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl