4300. En de zon rees hem op; dat dit de verbinding van de goede dingen betekent, staat vast uit de betekenis van het verrijzen van de zon, namelijk de verbinding van de goede dingen; dat door het opgaan van de dageraad wordt aangeduid dat de verbinding nabij is of aanvangt, zie nr. 4283; hieruit volgt dat het verrijzen van de zon de verbinding zelf is; want de zon betekent in de innerlijke zin de hemelse liefde, nrs. 1529, 1530, 2441, 2495, 3636, 3643, 4060; dus de goede dingen, want deze zijn van die liefde; wanneer de hemelse liefde zich bij de mens openbaart, dat wil zeggen, wanneer zij wordt bemerkt, dan wordt er gezegd dat de zon hem verrijst, want dan worden de goede dingen van die liefde met hem verbonden.
Over het Nieuwe Jeruzalem en haar Hemelse Leer #245
245. Iedereen bij wie de kerk is wordt gezaligd, maar iedereen bij wie de kerk niet is, wordt verdoemd.
Arcana Coelestia #2833
2833. 'And Abraham went and took the ram' means their release effected by the Lord's Divine Human. This is clear from the representation of 'Abraham' as the Lord, here the Lord as to the Divine Human - for when Jehovah or the angel of Jehovah speaks to Abraham, Jehovah or the angel of Jehovah in that case means the Divine itself, and 'Abraham' the Divine Human; and from the meaning of 'a ram' as those who are spiritual, 2830. From this it is evident that 'Abraham went and took the ram caught in a thicket by its horns' means the release of those who are spiritual effected by the Lord's Divine Human. As regards the fact that but for the Lord's Coming into the world spiritual people could not possibly have been saved, see 2661, 2716, and that their salvation and release was effected by the Lord's Divine Human, 2716.