Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3201

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

3201. Vers 64, 65. En Rebekka hief haar ogen op en zij zag Izaäk en zij viel van de kameel af. En zij zei tot de knecht: Wie is die man, die daar in het veld ons tegemoet wandelt; en de knecht zei: Dat is mijn heer; en zij nam de sluier en bedekte zich. Rebekka hief haar ogen op en zij zag Izaäk, betekent de wederkerige aandacht van de aandoening van het ware; en zij viel van de kameel af, betekent haar scheiding van de wetenschappelijke dingen in de natuurlijke mens, tot de innerlijke gewaarwording van het redelijk goede; en zij zei tot de knecht, betekent het onderzoek door het Goddelijk Natuurlijke; wie is die man die daar in het veld ons tegemoet wandelt, betekent, ten aanzien van het redelijke, dat alleen in het goede was; en de knecht zei: Dat is mijn heer, betekent de erkenning; en zij nam de sluier en bedekte zich, betekent de schijnbaarheden van het ware.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

De Bijbel

 

Genesis 24:44

Studie

       

44 En zij tot mij zal zeggen: Drink gij ook, en ik zal ook uw kemelen putten; dat deze die vrouw zij, die de HEERE aan den zoon van mijn heer heeft toegewezen.

Commentaar

 

Gate

  
People around a village gate, by Adrianus Eversen

Gates" in ancient times had a significance that does not hold in the modern world. Cities then were enclosed by walls for protection; gates in the walls let people in and out to do their business, but were also the weak points in the cities' defenses. In the Bible, cities on one level represent the minds of individual people. On a broader level, they represent beliefs shared by a community. The gates, then, represent openings where the Lord can feed us an understanding of truth and a desire for good. They also represent points where the hells can invade and sway us with false ideas and evil desires. We are kept in balance during our lifetimes, with influences from both the Lord and from hell. Ideally, we will over our lifetimes continue to invite the Lord farther and farther in and drive the hells back until ultimately the Lord can occupy our minds completely. And that point our belief in Him and His power and love will hold the gates and deny evil any entrance. As individuals, we at that point become angels. As communities, we at that point become part of the Lord's church. And at that point the gates become an entry point, introductory truths that allow people to enter churches and start bringing the Lord into their lives.