De Bijbel

 

Joël 2:3

Studie

       

3 Voor hetzelve verteert een vuur, en achter hetzelve brandt een vlam; het land is voor hetzelve als een lusthof, maar achter hetzelve een woeste wildernis, en ook is er geen ontkomen van hetzelve.

De Bijbel

 

Exodus 34:6

Studie

       

6 Als nu de HEERE voor zijn aangezicht voorbijging, zo riep Hij: HEERE, HEERE, God, barmhartig en genadig, lankmoedig en groot van weldadigheid en waarheid.

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1895

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1895. Dat de woorden ‘en zij had een Egyptische dienstmaagd’ de neiging tot de wetenschappen betekenen, blijkt uit de betekenis van de dienstmaagd en uit de betekenis van Egypte. Sarai, de gebiedster of de meesteres, beeldt uit en betekent, als eerder gezegd, het aan het goede toegevoegde ware. Het aan het goede toegevoegde ware is het verstandelijk ware in de echte zin; het redelijk ware staat daar onder, dus lager; dit wordt uit wetenschappen en erkentenissen geboren, die door een met haar overeenstemmende neiging levend zijn gemaakt, en daar deze neiging tot de uiterlijke mens behoort, moet zij het verstandelijk ware, dat bij het binnenste is, dienen zoals een dienstmaagd haar gebiedster of een slavin haar meesteres. Daarom is het deze neiging, die door de dienstmaagd Hagar wordt uitgebeeld en aangeduid. Hoe het hiermee gesteld is, kan niet zo ineens begrijpelijk worden gemaakt, want eerst moet men weten, wat het verstandelijk ware in de echte zin is, en verder hoe het redelijke geboren wordt, namelijk van de innerlijke mens als vader en van de uiterlijke of natuurlijke als moeder; zonder de verbinding van die beiden ontstaat nooit iets redelijks. Het redelijke wordt niet geboren uit wetenschappen en erkentenissen, zoals men meent, maar uit de neiging tot de wetenschappen en erkentenissen, zoals reeds alleen al hieruit kan blijken, dat nooit iemand redelijk kan worden, wanneer hij niet enige lust of neiging tot wetenschappen en erkentenissen bespeurt. De neiging is het moederlijke leven zelf en het hemelse en geestelijke zelf in de neiging is het vaderlijke leven; en vandaar, voor zoveel er neiging is en zoals de neiging is, voor zoveel en van dien aard wordt de mens redelijk. De wetenschappelijke dingen en de erkentenissen zijn op zich zelf genomen, niets anders dan dode dingen of werktuiglijke oorzaken, die door het leven van de neiging levend gemaakt worden; dit is de ontvangenis van de redelijke mens bij eenieder. Dat zij een Egyptische dienstmaagd was en dit gezegd wordt, komt omdat Egypte de wetenschappen betekent, zoals eerder is aangetoond in de nrs. 1164, 1165, 1186, 1462.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl