La Bibbia

 

Joël 2:11

Studio

       

11 En de HEERE verheft Zijn stem voor Zijn heir henen; want Zijn leger is zeer groot, want Hij is machtig, doende Zijn woord; want de dag des HEEREN is groot en zeer vreselijk, en wie zal hem verdragen?

La Bibbia

 

I Koningen 8:36

Studio

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

Dalle opere di Swedenborg

 

Apocalyps Onthuld #287

Studia questo passo

  
/ 962  
  

287. En hun getal was tienduizenden en duizenden van duizenden, betekent allen in de ware dingen en in de goede dingen.

Onder het getal wordt in de natuurlijke zin datgene verstaan wat betrekking heeft op maat of gewicht, maar onder een getal in de geestelijke zin dat wat betrekking heeft op het hoedanige; en hier wordt het hoedanige van hen daarmee beschreven, dat zij tienduizenden en duizenden van duizenden waren; van tienduizend immers wordt gesproken met betrekking tot de ware dingen en van duizend met betrekking tot de goede dingen, is omdat tienduizend een groter getal is en duizend een kleiner, en de ware dingen zijn veelvoudig, maar de goede dingen zijn enkelvoudig, en omdat in het Woord daar waar over de ware dingen wordt gehandeld, ook over de goede dingen wordt gehandeld, ter wille van het huwelijk van het ware en het goede in de afzonderlijke dingen van het Woord; zonder dit had alleen ‘tienduizenden van tienduizenden’ gezegd kunnen worden.

Omdat die beide getallen zulke dingen betekent, worden zij ook elders genoemd, zoals in deze plaatsen:

‘Gods wagenen zijn tweemaal tienduizend, duizenden engelen des vredes; de Heer in hen, Sinaï in het heiligdom’, (Psalm 68:18).

‘Ik zag, toen de Oude der dagen zat, duizenden van duizenden bedienden Hem en tienduizenden van tienduizenden stonden voor Hem’, (Daniël 7:9, 10).

Mozes over Jozef:

‘De hoornen des eenhoorns zijn hoornen; met deze zal hij de volken tezamen stoten tot de einden der aarde; en dezen zijn de tienduizenden van Efraïm en de duizenden van Menasse’, (Deuteronomium 33:17).

‘Gij zult niet vrezen voor de pest, welke in de donkerheid sluipt en voor de dood, welke op de middag verwoest, aan uw zijde zullen er duizend vallen en tienduizend aan uw rechter’, (Psalm 91:5-7.

‘Onze kudden van kleinvee duizenden, tienduizenden in onze straten’, (Psalm 144:13).

‘Zal Jehovah verlustigd worden met duizenden van rammen met tienduizenden van oliebeken’, (Micha 6:7).

‘Wanneer de ark rustte, zei Mozes: Kom weder, Jehovah, tot de tienduizenden der tienduizenden van Israël’, (Numeri 10:36); in al deze plaatsen wordt tienduizenden gezegd van de ware dingen en duizenden van de goede dingen.

  
/ 962  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl