Van Swedenborgs Werken

 

Engelenwijsheid over de Goddelijke Liefde en de Goddelijke Wijsheid #74

Bestudeer deze passage

  
/ 432  
  

74. Vanuit deze dingen kan vaststaan dat de tijd één maakt met het denken vanuit de aandoening; want het hoedanige van de staat van de mens is daaruit. Dat de afstanden in de voortgang door de ruimten in de geestelijke wereld één maken met de voortgang van de tijden, kan vanuit vele dingen worden toegelicht; want de wegen worden daar inderdaad ingekort volgens de verlangens, die van het denken vanuit de aandoening zijn, en omgekeerd worden zij verlengd. Vandaar is het ook dat ‘tijdsruimten’ wordt gezegd. In zodanige dingen echter wanneer het denken zich niet verbindt met de eigen aandoening van de mens, verschijnt de tijd niet, zoals in de slaap.

  
/ 432  
  

Published by Swedenborg Boekhuis.

Commentaar

 

Noon

  

'Noon' signifies the full state of the church. It also signifies wisdom in its most luminous state. 'Noon' denotes a state of light, because the times of the day, 'morning, noon, and evening,' correspond to enlightenment in the other life. Enlightenment in that life is the enlightenment of intelligence and wisdom, because the light of heaven is intelligence and wisdom. The changes of enlightenment in the other life are described as 'morning, noon, and evening' on the earth. States of shade, like the evening, happen not because of the sun in that world, or the Lord, who always shines, but from the angels' sense of self. As they are let into their sense of self, they come into a state of shade or evening. As they are elevated from their sense of self, or into the celestial selfhood, they come into a state of light. This is why noon corresponds to a state of light.

(Referenties: Divine Love and Wisdom 73)