4300. En de zon rees hem op; dat dit de verbinding van de goede dingen betekent, staat vast uit de betekenis van het verrijzen van de zon, namelijk de verbinding van de goede dingen; dat door het opgaan van de dageraad wordt aangeduid dat de verbinding nabij is of aanvangt, zie nr. 4283; hieruit volgt dat het verrijzen van de zon de verbinding zelf is; want de zon betekent in de innerlijke zin de hemelse liefde, nrs. 1529, 1530, 2441, 2495, 3636, 3643, 4060; dus de goede dingen, want deze zijn van die liefde; wanneer de hemelse liefde zich bij de mens openbaart, dat wil zeggen, wanneer zij wordt bemerkt, dan wordt er gezegd dat de zon hem verrijst, want dan worden de goede dingen van die liefde met hem verbonden.
Over het Nieuwe Jeruzalem en haar Hemelse Leer #248
Tot nu toe bevat deze vertaling passages tot en met #325. Er wordt waarschijnlijk nog aan gewerkt. Als je op de pijl naar links drukt, vind je het laatste nummer dat vertaald is.
Arcana Coelestia #4969
4969. 'Who made him go down there means a descent from this simple good to that factual knowledge. This is clear from the representation of 'the Ishmaelites who made him go down' as those in whom simple good is present, dealt with immediately above in 4968, and from the meaning of Egypt, to which 'there' refers here, as factual knowledge in general, dealt with just above in 4964, 4966. The expression 'going down' is used because the subject is factual knowledge which is exterior. For in the Word passing from interior things to exterior ones is described as 'going down', and passing from exterior to interior ones as 'going up', see 3084, 4539.