4298. En Jakob noemde de naam van de plaats Peniël; dat dit de staat van de verzoekingen betekent, staat vast uit de samenhang; oudtijds werden aan plaatsen waar iets bijzonders voorviel, namen gegeven en deze namen waren tekenend voor de zaak die daar voorviel en voor de staat ervan, nrs. 340, 2643, 3422; aan deze plaats werd een naam gegeven die de staat van de verzoekingen betekende, want de staat van de verzoekingen wordt hier beschreven door de worsteling en het kampen van Jakob; Peniël betekent in de oorspronkelijke taal ‘de aangezichten van God’ ; dat ‘de aangezichten van God’ zien, wil zeggen, de zwaarste verzoekingen doorstaan, zal in wat volgt worden ontvouwd.
Over het Nieuwe Jeruzalem en haar Hemelse Leer #248
Tot nu toe bevat deze vertaling passages tot en met #325. Er wordt waarschijnlijk nog aan gewerkt. Als je op de pijl naar links drukt, vind je het laatste nummer dat vertaald is.
Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #8420
8420. Of het in Mijn wet wandelt, of niet; dat dit betekent of zij het leven van het ware en het goede kunnen leven, staat vast uit de betekenis van wandelen, dus leven, nrs. 519, 1794; en uit de betekenis van de wet, dus het Woord, nrs. 2606, 3382, 6752; en omdat het het Woord is, is het het Goddelijk Ware, mr. 7463, dus eveneens de leer van het goede en het ware; vandaar is wandelen in de wet van Jehovah, het leven van het ware en het goede leven volgens de leer.
Dat wandelen in de wet, is leven volgens de wet, is eenieder bekend, omdat het zo in de gewone spreektaal wordt gezegd; daaruit kan vaststaan dat wandelen leven is en eveneens dat in het woord wandelen zelf de betekenis van de geestelijke zin is gelegen, eender als in zeer vele andere woorden; dit komt nergens anders vandaan dan vanuit de invloeiing van de geestelijke wereld in de ideeën van het denken en zo in de woorden, want wie zou zonder die invloeiing ooit voor leven wandelen zeggen, zoals wandelen in de wet, in de inzettingen, in de geboden, in de vreze Gods; eender is het gesteld met gaan, dus het leven, nr. 8417, en ook met voorttrekken, voortschrijden, als vreemdeling verkeren; dat deze woorden leven zijn, komt omdat er in de geestelijke wereld geen ruimten zijn, maar in plaats daarvan staten van leven, nrs. 2625, 2684, 2837, 3356, 3387, 4321, 4882, 5605, 7381.