4298. En Jakob noemde de naam van de plaats Peniël; dat dit de staat van de verzoekingen betekent, staat vast uit de samenhang; oudtijds werden aan plaatsen waar iets bijzonders voorviel, namen gegeven en deze namen waren tekenend voor de zaak die daar voorviel en voor de staat ervan, nrs. 340, 2643, 3422; aan deze plaats werd een naam gegeven die de staat van de verzoekingen betekende, want de staat van de verzoekingen wordt hier beschreven door de worsteling en het kampen van Jakob; Peniël betekent in de oorspronkelijke taal ‘de aangezichten van God’ ; dat ‘de aangezichten van God’ zien, wil zeggen, de zwaarste verzoekingen doorstaan, zal in wat volgt worden ontvouwd.
Over het Nieuwe Jeruzalem en haar Hemelse Leer #248
Tot nu toe bevat deze vertaling passages tot en met #325. Er wordt waarschijnlijk nog aan gewerkt. Als je op de pijl naar links drukt, vind je het laatste nummer dat vertaald is.
Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3206
3206. Dat de woorden ‘en de knecht zei: Dat is mijn heer’ de erkenning betekenen, namelijk door middel van het Goddelijk Natuurlijke, dat hier de knecht is, kan zonder verklaring blijken. Dat de inwijding plaatsvindt door middel van het Goddelijk Natuurlijke, zie nr. 3192;
en dat het goede zijn ware erkent en het ware zijn goede, nr. 3179.