Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3225

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

3225. Hieruit kan nu blijken, wat overeenstemming is en vanwaar die komt en verder wat uitbeelding is en vanwaar die komt; namelijk dat er overeenstemming is tussen de dingen die tot het licht van de hemel behoren, dat wil zeggen tussen de dingen die tot de innerlijke of geestelijke mens behoren en die welke tot de uiterlijke of natuurlijke mens behoren; en dat uitbeelding al datgene is, wat bestaat in de dingen die tot het licht van de wereld behoren, dat wil zeggen, al wat bestaat in de uiterlijke of natuurlijke mens ten opzichte van die dingen die tot het licht van de hemel behoren, dat wil zeggen, die uit de innerlijke of geestelijke mens zijn.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3337

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

3337. VERVOLG OVER DE OVEREENSTEMMINGEN EN UITBEELDINGEN

Wat overeenstemmingen zijn en wat uitbeeldingen, kan blijken uit wat eerder is gezegd en aangetoond, namelijk dat er overeenstemmingen zijn tussen de dingen die tot het licht van de hemel en die welke tot het licht van de wereld behoren; en dat de dingen die bestaan in wat tot het licht van de wereld behoort, uitbeeldingen zijn, nr. 3225. Maar wat en hoe het licht van de hemel is, kan de mens niet echt bekend zijn, daar de mens in die dingen is, die tot het licht van de wereld behoren; en voor zoveel hij hierin is, verschijnen de dingen die in het licht van de hemel zijn, voor hem als duisternis en als niets. Het zijn deze twee lichten die – terwijl het leven invloeit – al het inzicht van de mens voortbrengen. De verbeelding van de mens is niets anders dan vormen en gestalten van zulke dingen, die hij met het gezicht van het lichaam heeft opgenomen, op wonderbaarlijke wijze gevarieerd en om het zo te zeggen gemodificeerd; de innerlijke verbeelding echter, of het denken, is ook niets anders dan vormen en gestalten van zulke dingen, die hij met het gezicht van het gemoed heeft opgezogen, op nog wonderbaarlijker wijze gevarieerd en zogezegd gemodificeerd. De dingen die hieruit ontstaan, zijn in zichzelf onbezield, maar worden bezield door de invloeiing van het leven die van de Heer uitgaat.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl