Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1. Dat het Woord van het Oude Testament verborgenheden van de hemel bevat, en dat zowel het geheel als elke bijzonderheid daarvan op de Heer betrekking heeft, op Zijn hemel, op de Kerk, op het geloof en de dingen van het geloof, kan geen sterveling uit de letter opmaken. Uit de letter of uit de letterlijke zin ziet niemand iets anders, dan dat het in het algemeen gaat over de uiterlijke dingen van de Joodse Kerk, terwijl er overal een innerlijke zin is, dat nergens in het uiterlijke aan het licht komt, behalve dan het zeer weinige dat de Heer onthuld heeft en aan de apostelen heeft ontvouwd; zo bijvoorbeeld, dat de offeranden de Heer betekenen, het land Kanaän en Jeruzalem en ook het Paradijs, de hemel betekenen, waarom dan ook van het hemelse Kanaän en Jeruzalem gesproken wordt.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1885

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1885. Maar deze beide soorten van gezichten zijn buitengewoon en zij zijn mij alleen getoond met het doel, dat ik weten zou van welke aard zij zijn. Tot het op gewone wijzen geziene echter behoort alles wat men door de Goddelijke barmhartigheid van de Heer, in dit eerste deel vindt meegedeeld, en aan het begin van elk hoofdstuk werd geplaatst en ook erachteraan toegevoegd. Maar dit zijn geen gezichten, maar geziene dingen bij volledig wakker zijn van het lichaam en wel nu reeds sinds verscheidene jaren. Einde van hoofdstuk 15 -----

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1869

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1869. Het is mij getoond hoe talloos vele dingen in één woord van het Woord besloten liggen en wel door het openen van de denkvoorstellingen. In het andere leven kan dit, hetgeen wonderbaarlijk is, op zo’n aanschouwelijke wijze plaatsvinden, dat de denkvoorstellingen zelf zichtbaar onder een vorm verschijnen, zo ongeveer als schilderijen. Op deze wijze werden de denkvoorstellingen van iemand geopend, die in de naastenliefde of in de wederkerige liefde geleefd heeft, en die toen hij nog in de wereld leefde, in het Woord zijn welbehagen heeft gevonden. Er verschenen toen ontelbare mooie dingen, met al de verrukkingen en bekoringen die zij verschaften. Er werd gezegd dat deze dingen, die zo dus zichtbaar verschijnen, nog een keer naar hun nog innerlijker dingen geopend kunnen worden, en dat wanneer deze geopend werden, zich nog mooiere en verrukkelijker dingen zouden vertonen, vergezeld van de ware gelukzaligheden zelf. Alle denkvoorstellingen van de engelen zijn van dien aard, want zij zijn vanuit de Heer zelf geopend. Dit werd voor geesten die zich verwonderden, dat in het andere leven de denkvoorstellingen zo geopend kunnen worden, duidelijk gemaakt door het zien van het oog, waarvan de gezichtsstralen zo afgestompt en duister zijn, dat ze de kleinere dingen van de natuur, waarin ontelbare bijzonderheden liggen, niet anders zien dan als een donker, vormloos en zwart iets. Wanneer deze zelfde dingen echter door een microscoop beschouwd worden, vertonen de innerlijke dingen zich aan de blik, onderling door een schone aaneenschakeling verbonden en in een bekoorlijke orde in elkaar overgaand. Hierdoor, dat deze innerlijke dingen op dezelfde wijze door een nog scherper microscoop nog verder geopend zouden kunnen worden. Hieruit kon blijken, hoe het gesteld is met het innerlijk gezicht, waarvan de stralen niets anders zijn dan denkvoorstellingen, namelijk dat zij op zichzelf zo grof zijn, dat er in deze sfeer nauwelijks iets grovers bestaan kan, hoewel de mens in een andere mening verkeert; maar over de denkvoorstellingen in hetgeen volgt door de Goddelijke barmhartigheid van de Heer.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl