Echtelijke Liefde #250

Door Emanuel Swedenborg

Bestudeer deze passage

  
/ 535  
  

250. XIV. De vijfde van de uiterlijke oorzaken is de ongelijkheid van staat en stand in de uiterlijke en uitwendige dingen.

Er zijn verscheidene ongelijkheden van staat en stand die in de tijd van de samenwoning de vóór de bruiloft ingegane echtelijke liefde verscheuren; maar zij kunnen worden teruggebracht tot de ongelijkheden naar leeftijd, rang en welgesteldheid.

Dat de ongelijke leeftijden koude teweegbrengen in het huwelijk, zoals in een huwelijk van een oudere vrouw met een jongeman en van een jong meisje met een afgeleefde man, behoeft geen bevestiging.

Dat ongelijke rangen ook in huwelijken koude teweegbrengen, zoals die van een voorname man met een dienstmaagd en van een aanzienlijke dame met een knecht, wordt ook zonder bevestiging erkend.

Dat het eveneens zo gesteld is met de welgesteldheid, tenzij indien de gelijkheid van gemoed en zeden en de toevoeging van de een aan de neigingen en aan de aangeboren verlangens van de ander hen verbinden, is duidelijk.

Maar de wederzijdse bereidwilligheid van de een met als oorzaak de voorrang van staat en stand van de ander verbinden dezen niet dan alleen slaafs; maar deze verbinding is een koude verbinding; bij hen immers is het echtelijke niet van de geest en van het hart, maar slechts van mond en naam, waarop de lagere zich beroemt en waarover de hogere beschaamd bloost.

In de hemelen echter is er geen ongelijkheid van leeftijden, noch van rangen, noch van welgesteldheid.

Wat de leeftijden betreft, allen zijn daar in de bloei van de jeugd en daar blijven zij in tot in het eeuwige; wat de rangen betreft, beschouwen allen daar de anderen volgens de nutten die zij betrachten en zij die in stand meer uitblinken beschouwen de lageren als broeders; ook stellen zij hun waardigheid niet boven de uitnemendheid van de nutsbetrachting, maar stellen die er juist boven; en eveneens weten de maagden wanneer zij ter bruiloft worden gegeven, niet uit welk voorgeslacht zij zijn; niemand immers weet daar zijn vader op aarde, maar de Heer is Vader van allen.

Wat de welgesteldheid betreft eender; deze zijn daar de gaven van wijs zijn; volgens deze worden aan hen schatten gegeven in toereikende mate.

Hoe daar huwelijken worden ingegaan, zie nr. 229.

  
/ 535  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl