Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #6443

Door Emanuel Swedenborg

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

6443. En aan de avond de prooi verdelen; dat dit het bezit van hen in het rijk van de Heer betekent, terwijl zij nog in het duistere zijn, staat vast uit de betekenis van de avond, namelijk het duistere, nrs. 3056, 3833;

en uit de betekenis van de prooi verdelen, namelijk bezit geven in het hemelse rijk; met de prooi worden immers diegenen aangeduid die losgerukt en bevrijd zijn door de Heer; vandaar wordt met de prooi verdelen de uitreiking aangeduid, namelijk onder hen die in de hemel zijn, wat hetzelfde is als het bezit van hen in het rijk van de Heer. Dat er gezegd wordt dat dit in de avond plaatsvindt, komt omdat zij die in de hemel worden geheven, eerst in het duistere zijn, want zij kunnen niet tot helderheid komen voordat zij in de hemel zijn geweest en uit de Heer door de engelen bij wie zij in gezelschap zijn, worden gezonden, zijn onderricht over de ware dingen; er is immers een tijdruimte nodig om het door de valse dingen veroorzaakte duistere te verstrooien.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl